Vastgoed voor economische of maatschappelijke doeleinden

We leven in een maatschappij die bezig is met een transformatie, van een noodlijdende  structuur die op zoek is naar een nieuwe lange termijn stabiliteit. Dat betekent dat er verschillende maatschappijbeelden (paradigma’s) ontstaan en zich manifesteren, de een overheersend, de anderen vernieuwend.  In die natuurlijke confrontatie speelt ook het begrip “vastgoed” een uitdagend onderscheidende rol.  Stad van Morgen (Stichting STIR) en bijbehorende STIR Academy zijn actief aan het zoeken naar een of meerdere geschikte locaties om  van daaruit onze eigen sustainocratische visie voor een stabiele maatschappij praktisch vorm te geven. Dit doen we veelal samen met de gevestigde orde  maar wel naast de gangbare maatschappelijke structuur om verschillende redenen.  De voorwaarden waarop wij relaties aangaan staan dan haaks op die van de gefragmenteerde belangen van de huidige vastgoedeigenaren of  beheerders.  Wat is het verschil? En waarom komt er steeds meer ruimte voor Sustainocratie, ook in gebruik van bepaalde vastgoed?  Waarom neemt men Stad van Morgen serieus ook al zijn wij schijnbaar van een andere wereld?

Stad van Morgen (STIR) en vastgoed

STIR gaat uit van een stabiele maatschappij die voortkomt uit het samen dragen van duurzame menselijke verantwoordelijkheden. Dit doen wij door co-creatief met elkaar, de invulling van onze behoeften en de harmonieuze relatie met onze omgeving, om te gaan. De stabiele maatschappij van STIR is zelfvoorzienend op gebied van de essentie van het menselijk bestaan: voedsel, gezondheid, veiligheid, vitaliteit, welzijn (zoals huisvesting, energie, kleding, gebruiksartikelen) en toegepaste kennis. De harmonieuze relatie tussen mensen onderling en onze natuurlijke omgeving is daarin cruciaal. Wij noemen dit Sustainocratie. De beschreven verantwoordelijkheid worden dan resultaatgedreven gedragen door alle maatschappelijke  pilaren samen (regionale overheid, bedrijfsleven, kennisinstellingen en burgerbevolking), in tegenstelling van wat in de huidige maatschappij gebeurt.

Het is een nieuwe vorm van democratie waarin duurzame menselijke vooruitgang ons richting geeft. Zo is STIR met haar sustainocratische organisatie AiREAS bezig met “de gezondste stad” in Eindhoven. Dat is echter maar een (veelzeggend) stapje binnen de complexiteit naar een “andere” werkelijkheid.

Als we goed kijken naar onze huidige samenleving dan is de huidige werkelijkheid geheel anders dan wat wij voorstellen als Sustainocratische maatschappij. Wij zijn als regio volledig afhankelijk van gecentraliseerde belangen en daardoor helemaal niet zelfvoorzienend. Wij zijn afhankelijk van structuren die alleen maar toegankelijk zijn met geld. In de huidige crisistijd is iedereen op zoek naar geld om die afhankelijkheid met middelen af te dekken en op de een of andere manier te “overleven”.  Vastgoed in deze context is een vermogenspositie op een balans die zo snel mogelijk gekapitaliseerd dient te worden. De middelen in een geldafhankelijke maatschappij kan men goed gebruiken. De vele leegstand in alle verzuilde sectoren zijn dan ook een economische aderlating die vooral aandacht krijgt voor urgente herbestemming. Omdat de panden gepositioneerd zijn in een geldgedreven wereld zullen de oplossingen ook in die hoek gezocht worden. Bedrijfspanden worden omgezet in woonruimtes en winkelcentra. Oude kloosters worden hotels. Kerken worden speelzalen of congresruimtes. De dode muren van vastgoed hebben commerciele waarde als onderdeel van een logistiek consumptie proces.  Binnen deze kijk op de maatschappij is de richting en bijbehorende keuze van geldgedrevenheid logisch als ook de bestemming van het vastgoed. De panden zijn een soort retail-eindpunt in een complex proces en op dat punt waardevol.

Maar deze wereld van een consumptiegedreven economie  heeft zijn langste tijd gehad. Dat betekent ook dat er steeds meet leegstand komt in het daarvoor bestemde vastgoed. Gaandeweg hebben de dode muren géén commerciele waarde meer als de commercie hapert.

Menselijkheid en waarden

STIR ziet vastgoed niet als geldobject binnen een geldsysteem. Voor STIR komt vastgoed pas tot leven als er mensen zijn die er gebruik van maken. Het consumptiesysteem is daar een logisch voorbeeld van maar dat is niet het enige waar de mens waarde aan ontleent, ook al lijkt het wel of het economische consumptiesysteem als enige is overgebleven. STIR gebruikt vastgoed als ontmoeting en woonplek binnen menselijke  Sustainocratische co-creatieprocessen. Dat wil zeggen dat wij een pand betrekken om daarbinnen en rondom heen de zelfvoorzienende maatschappij te creëren die in de grote werkelijkheid botst met de oude belangen. Het pand is dan een functioneel geheel binnen een proces, vaak een startpunt voor waardecreatie.   In het begin is die waarde er nog niet omdat we beginnen met niets, behalve een pand en een omringend terrein.

Zo’n pand dient dan ook bepaalde karaktertrekjes te hebben.  We hebben grond nodig om voedsel te verbouwen. En ruimtes voor allerlei activiteiten die te maken hebben met de ontwikkeling van de mens als creatief samenwerkende identiteit,  zoals voor kunst, expressie maar ook ambachtelijke werkzaamheden. We hebben ook eet, rust en slaapvertrekken nodig. Het begrip “verantwoordelijkheid nemen” geeft betekenis aan zelfredzaamheid en is vanuit die context ook van toepassing op het onderhoud van een optimale omgeving, inclusief het pand waarin men de activiteiten organiseert. Ideale bestaande structuren worden veelal gevormd door de oude kloostergemeenschappen die in onze geschiedenis vanuit eenzelfde gedachten zijn ontstaan. De zelfvoorziening vanuit bezieling, ambacht en arbeid had toen een godsdienstig fundament waarbij ook dienstbaarheid naar de omgeving vorm werd gegeven. Vaak hebben dit soort gemeenschappen een naam van een concrete orde, zoals de Dominicanen, Franciscanen, Augustijnen, enz en elk is ooit ontstaan in tijden dat ook een bewsutzijns transformatie aan de orde was. Ze hebben meestal een meer blijvend karakter dan de omringende, op hebzucht gebaseerd structuren die altijd kwetsbaar zijn door hun concurrerende en vernietigende natuur.

Het gaat STIR niet om het vestigen van een nieuwe kloosterorde maar wel om dat gedachtegoed in een gemoderniseerde vorm, zonder oude dogma’s, tot uitvoering te brengen en te integreren in het geheel van de lokale maatschappij. Sustainocratie kan nu eenmaal niet los gezien worden van de integrale maatschappelijke context. Het gaat uit van de mens en niet het geld. Daarom vraagt STIR niet om het eigendom van de panden maar om het gebruik ervan. In de geldgedreven economie wordt de gebruikersrelatie uitgedrukt in een huurcontract tussen partijen waarin een geldelijke verplichting aangegaan wordt. Die relatie kan en wil STIR niet aangaan omdat het beperkingen met zich mee brengt voor beide partijen. STIR  moet zich gaan verbinden met de omgeving vanuit een waardecreatie perspectief, binnen de context van dienstbaarheid in zelfredzaamheid. In die relatie ontstaat wederkerigheid die niet uitsluitend in geld uit te drukken valt. Denk daarbij aan het openstellen van de faciliteiten voor mensen die om wat voor reden dan ook tijdelijk niet mee kunnen komen in de geldgedreven cultuur. STIR helpt hen dan om weer een positief zelfbeeld op te bouwen door de omgang in een niet geldgedreven cultuur waar waardecreatie direct tastbaar wordt gemaakt via arbeid op het land of creatief met elkaar. De onafhankelijkheid van geld is dan essentieel om het juiste  onderscheid te maken.  Wat het pand betreft gaat STIR een relatie aan van onderhoud en verbetering. In de geldgedreven wereld stelt een klant eisen aan de leverancier, ook bij een huurovereenkomst. In een sustainocratische relatie gaan de partijen een samenwerking aan. De een levert het pand en behoudt het eigendom, de andere levert de levendigheid en waardecreatie en zorgt voor de kwaliteit van het pand en de omgeving. De  waardecreatie is evenredig van toepassing is op de middelen die wij gebruiken als de omgeving waar wij mee omgaan. De locatie is een centrum van vernieuwing, inspiratie en innovatieve toepassingen met een constante verwijzing naar menselijk waarden en zelfredzaamheid. Dat geldt ook voor onze relatie met het pand.

De optimale mix tussen regionale zelfvoorziening, technologische innovatie én sociale innovatie, toegepast vanuit een hoger bewustzijn , is de kern voor duurzame menselijke vooruitgang in een regio. AiREAS in Eindhoven is daarvan een voorbeeld en heeft in korte tijd al de aandacht op zich gevestigd uit de hele wereld.

Wethouder Mary-Ann Schreurs benadrukt de verandering van de maatschappij
Wethouder Mary-Ann Schreurs (Eindhoven) benadrukt de verandering van de maatschappij

Boeiend is dat de institutionele belangen ook mee doen met het Sustainocratische centrum. Door een onderscheid te maken tussen niet geld maar zingedreven creatie, co-creatie en verhandeling in de complexiteit van de moderne maatschappij ontstaat er een geheel nieuwe maatschappelijke dynamiek. Sustainocratie is als een publieke R&D met de betrokkenheid van de gehele lokale bevolking en instanties. Het volgt het pad van de natuurlijke processen (zie hieronder) van evolutionaire vernieuwing (Stad van Morgen), co-creatie van vernieuwing (zoals AiREAS) en groei (zoals de huidige maatschappij).

AiREAS is het eerst Sustainocratische proces in een concreet gebied. Een Sustainocratisch centrum voedt de lokale economie met vernieuwende waarden.
AiREAS is het eerst Sustainocratische proces in een concreet gebied. Een Sustainocratisch centrum voedt de lokale economie met vernieuwende waarden.

Stapje voor stapje

Het is een hele weg om de betrokken partijen bekend te maken met het onderscheid tussen de gefragmenteerde belangen van een klant/leverancier relatie in vastgoed-verkoop en verhuur, en duurzame co-creatieve regionale samenwerking met vastgoed en grond als te gebruiken inzet.  STIR maakt haar plannen bekend via de rechtstreekse benadering en verwacht op termijn wereldwijd overal Sustainocratische centra te hebben naast de economische ontwikkelingscentra (steden). De wetenschap dat een maatschappij, die uitsluiten gebaseerd is op geldafhankelijke structuren, altijd met crisissen te maken krijgt, is een gezonde basis voor de ontwikkeling van Sustainocratie voor balans en stabiliteit. Ergens zullen wij onze eerste plek vinden waar wij de stelling aan kunnen tonen met een eerste precedent, net zoals AiREAS een precedent is voor duurzame gebiedsontwikkeling vanuit de intrinsieke burgermotivatie die de lokale institutionele wereld mee heeft gekregen.

Stapje voor stapje zal ook dit zich ontwikkelen, van binnen uit de maatschappij (zoals AiREAS) en ernaast (zoals STIR Academy) waarbij de effecten van de crisis uiteindelijk de opening zullen creëren voor de ruimte die nodig is. Het blijft mensenwerk en uiteindelijk zijn het ook de betrokken bestuurders in de regios die inzien dat het belang van de eigen regionale ontwikkeling voort komt uit een stuk eigenheid die zich niet door speculatie laat ontstaan. Sustainocratie bevestigt de verzuilde machtsposities door ze de kans te geven zich te sterken in resultaatgedreven ontwikkelingen die lokaal zichtbaar zijn vanuit de co-creatie voor het lokale menselijke belang. Die zichtbaarheid is veel moeilijker in de wereld van economie waarin de keten invloed uitoefent op het geheel en daardoor onbeheersbaar is door de individuele bestuurder, die vooral stuurt op gevolgen in plaats van menselijkheid. In Sustainocratie is het resultaat direct verbonden aan de uitvergroting die bestuurlijk wordt veroorzaakt in de co-creatie, door de diversiteit van samenwerkende belangen. Het is een omgekeerde wereld die door de betrokken wereld van macht en autoriteit ook als een oase van bezieling en erkenning vanuit menselijkheid wordt ervaren. Men concurreert namelijk niet maar schept samen waarde, die daarna uitgezet wordt in de economische werkelijkheid waar de jungle van eigenbelang er weer stukjes van maakt in een natuurlijk proces.

Waardengedreven samenwerking
Waardengedreven samenwerking

Een Sustainocratische plek is tevens een verzamelgebouw voor allerlei maatschappelijk betrokken instanties. Ideaal ligt zo’n complex dicht tegen de  geldgedreven wereld aan om vanuit het contrast de bewustwording en stabiliteit te bewerkstelligen.

Waar zijn we geweest?

Sinds het opstarten van onze wens om Sustainocratische centra te gaan creëren (begin 2012) voeren wij gesprekken met:

  • Kloostergemeenschap Steyl voor de grens en Maas regio van Venlo
  • Trainingskazerne Nijmegen (mogelijk technologisch testgebied voor de Stad van de Toekomst)
  • Kloostergemeenschap Wittem voor het gebied Zuid Limburg
  • Stilteklooster Maarssen voor regio Utrecht

In alle gevallen wordt transparant gekeken naar de mogelijkheden. Daarvoor moeten onze gesprekspartners vaak moeilijke wegen bewandelen door de omringende wereld van inzichten en lokale belangen, als ook de oorspronkelijke religieuze belangen die overheersen in de kloosters zelf. Vaak heerst er een geldgebrek waar men een korte termijn oplossing voor zoekt en wil men tevens de oorspronkelijke bezieling in tact houden, ook al raakt deze door vergrijzing van de bewoners in de knel. Daarnaast zijn de oude gebouwen vaak nog doorspekt met nieuwetijdse uitdagingen in onderhoud en sanering die  onmiddellijk gebruik in de weg staan. Geen enkele oplossing lijkt dan ook voor de partijen afdoende de lading van de verantwoordelijkheden te dekken waardoor besluitvorming traag en complex is. Wij wachten geduldig af. STIR heeft alleen haast vanuit de menselijke maat, de belangenpartijen vaak vanuit de korte termijn geldelijke problematiek. Ergens in het midden zullen we elkaar op termijn wel ontmoeten. Als dat gebeurt dan is de bewustwording zodanig dat Sustainocratisch samenwerken gedragen kan worden omdat de stip van nieuwe stabiliteit dan steeds sterker is gaan leven.

Stip-stap, we wachten geduldig af maar zitten niet stil.

Jean-Paul Close

0654326615          jp@stadvanmorgen.com