De Stad van Morgen positioneert zich structureel in de Sustainocratische werkelijkheid van kernwaarden gedreven samenwerking. Dit wordt ook wel peer 4 gebiedsontwikkeling genoemd. Hierin worden we geconfronteerd met de, hopelijk tijdelijke, schizofrenie van overheden ten aanzien van hun databeleid. Dat is begrijpelijk als je voortkomt uit de wereld van controle, beheersing en bureaucratie en ineens wordt geconfronteerd met een werkelijkheid waarin men geacht wordt te faciliteren met transparantie, openheid en co-creatie. Terwijl het ene deel van de overheid vast zit in het ene kader experimenteert het andere deel met de vernieuwing. Maar snapt men wel de nieuwe spelregels?
Hierbij een aantal reflecties van onze partners:
De weg kwijt:
(Een gefrustreerde ambtenaar)
“Gemeenten zijn wat automatisering betreft de weg kwijt. Ze hebben zichzelf afhankelijk gemaakt van een paar leveranciers die handig gebruikt maken van de situatie. Zelfs landelijke organisaties zoals KING, wat staat voor kwaliteit, weet niet wat de juiste route is en bedenkt geweldig indrukwekkende standaards die door hun complexiteit niet werkbaar blijken. Leveranciers steunen die zwakte omdat dat in hun eigen belang is. Ze spreken elkaar toe hoe goed ze zijn en kunnen het op die manier nog lang volhouden. Ook gemeenten doen daar een bijdrage aan omdat ze het zelf gewoon niet meer weten en… “een kwaliteitsinstituut zal wel weten hoe het moet”, toch? “Gelukkig” zijn er aanbesteding procedures bedacht die er voor zorgen dat gemeenten “juiste” keuzes maken. Als je gewoon beschrijft wat je wilt en vertaalt naar eisen en wensen dan kan er toch niets fout gaan? Een aantal procedure stappen doorlopen, hier en daar een score toekennen aan de leverancier die zich goed presenteert en dan, na een optelsom, waar het bedrag van de kosten een belangrijke rol speelt, een keuze maken. En dan na een lang proces vol met problemen blijkt het geweldige product toch niet helemaal zo goed als toen gepresenteerd in de aanbesteding. Maar we zijn van goede wil en gaan er met z’n alle de schouders onder zetten, toch?
Gemeenten proberen wel het een en ander te keren zoals die steden die een samenwerkingsverband opzoeken met andere gemeenten om de ICT anders te organiseren. Leveranciers (namen noemen we niet) lachen daarom. Degenen die zo’n traject achter de rug hebben tonen het volgende: Bedenk goede statements voor een visie, kies voor een avontuurlijke route, en constateer dat je het tegenovergestelde bereikt na een moeizaam proces en vele euro’s minder. En natuurlijk tot het laatste moment volhouden dat we toch allemaal wel erg goed bezig zijn.”
Ontkennen hoort nu eenmaal standaard bij een bureaucratie die zichzelf in stand wil houden (zie het rode vlak in het plaatje hieronder). Als men controle op zou geven wordt men geconfronteerd met angst. Als er geen alternatief voor handen is binnen de kaders van bewustwording dan grijpt men vast aan de strohalm van een kostbaar in zichzelf gekeerd beleid.

Menshouderij
(Kritische burger)
We komen uit een politiek economische wereld van “effectieve mensenhouderij” waarbij de burger zich vooral als betalende arbeid verlenende consument diende te gedragen en als zodanig door Big Brother werd gecontroleerd op belastbaarheid, normen en regels. Met geld werd de mens afhankelijk gemaakt van een “zorgsysteem” dat enerzijds de mens apathisch maakte voor verantwoordelijkheden en anderzijds het systeem oppermachtig in beheersing en controle. Het achterliggende automatiseringsbeleid levert een wirwar van controle wensen op die het straatbeeld vullen met camera’s, lussen, detectiesystemen en controle instrumenten. Smart City wordt het ook genoemd waarbij de slimmigheden vooral het machtsysteem dienen. Het is een goudmijn voor technologische aanbieders die de schijnbaar onuitputtelijke financiële bronnen van de belastingbetaler, publieke schuldontwikkeling en onbekwaamheid van het hongerige sturingssysteem, gebruikt om een infuus van afhankelijkheid aan te brengen. De openbare aanbesteding gaat naar de goedkoopste aanbieder maar eenmaal binnen is het infuus aangelegd en kan het plukwerk beginnen. Samenwerking tussen gemeenten biedt geen soelaas want elke gemeente heeft een andere mensenhouderij samenstelling met geheel eigen besluit patronen vanuit macht. Technologische optimalisering wordt bereikt door weer standaarden te bedenken voor kostenbesparing die de betrokken aanbieders graag tegen kostbare tarieven en interne implementatie en trainingsprogramma’s waar willen maken die de organisatorische inefficiëntie blijvend voeden.
Open data
(Stad van Morgen)
Ondertussen biedt internet de burgerij een onuitputtelijke bron aan informatie, vaak ook aangeleverd door overheid instanties die een open data beleid nastreven binnen de kaders van de nieuwe “participatie maatschappij”. Maar een veelvoud aan sensoren, datastromen en allerlei vormen van interpretaties zijn ook uit andere bronnen beschikbaar waardoor de mens zelf na gaat denken en relaties legt tussen wat men ziet en wil geloven. Het vertrouwen in de, via controle en onderdrukking, wakende overheid is verdwenen omdat verschillende werkelijkheden doordringen tot het bewustzijn van de gemiddelde mens. Men voelt zich al snel gedwongen, gecontroleerd, beknot in vrijheid, bedrogen, kwetsbaar en gemanipuleerd. De tegenreactie is om een geheel eigen werkelijkheid te creëren die vaak gebaseerd is op eigen brononderzoek en interpretatie. Open data is nu onbeheersbaar en overheden doen er goed aan om energie te steken in de omgang ermee dan het trachten te reguleren ervan.
Juridische valkuilen
(AiREAS)
Ondertussen willen overheden open data portalen aanleggen. Maar welke criteria pas je toe als jezelf al een imago hebt van manipulatie? Juristen van de overheid benaderen de Stad van Morgen via bijvoorbeeld AiREAS om te vragen hoe we juridisch om dienen te gaan met open data? Wet en regelgeving hanteert niet bij uitstek een morele maatstaf maar vooral een die de werkelijkheid van politieke economische sturing van ondersteunende regels voorziet, niet van zelfreflectie.
Denk bijvoorbeeld aan de wettelijke onschendbaarheid van de Nederlandse Staat ten opzichte van haar eigen beleid. Als wij als burgers aanspraak willen maken op artikel 11 van de grondwet (onschendbaarheid van het menselijke lichaam), wanneer we het politiek economische beleid verantwoordelijk maken voor de lucht en bodemvervuiling vandoor ons lichaam dodelijk wordt vervuild, dan kan de regering zich beroepen op “behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen”. De prioriteit is dan niet de grondwet maar het politiek economische systeembelang. En de burger heeft geen recht tot formele tegenspraak. Dus creëert de burger een nieuwe maatschappij naast de oude, vanuit de natuurlijke vrijheid die niet door menselijke structuren is tegen te houden. Internet en open data helpen daarbij.
De grondwet geeft ook in artikel 1 het recht van gelijke behandeling en verbod op discriminatie. De economische ongelijkheid, de hiërarchische belangenbehartiging en machtsverdeling, de armoedeontwikkeling en het incassobeleid, de behandeling van vluchtelingen (mensen die zich ook in Nederland bevinden), enz halen stelselmatig de grondwet onderuit “omdat de overheid dat mag”.
De weg vooruit
(Stad van Morgen)
Op peer 4 niveau van gebiedsontwikkeling nemen onafhankelijke Sustainocraten de rol van tafelvoorzitter op zich om op die manier de grondwettelijke gelijkwaardigheid tussen alle partijen te waarborgen én het hogere doel van kernwaarden zoals gezondheid (lichamelijke integriteit) samen veilig te stellen of te herstellen door middel van innovaties. De overheid krijgt zo de mogelijkheid om zichzelf te herzien binnen de kaders van duurzame evolutie door faciliterend en zelfcorrigerend op te treden. Dat gebeurt alleen als het om fundamentele kernwaarden gaat. Dat geldt overigens ook voor de andere partners, inclusief de ICT bedrijven die nu de maatschappij op kosten jagen uit eigenbelang zonder kwaliteit te verschaffen. In het geval van een participatie maatschappij is het hoger doel vanuit kernwaarden sturend, niet de oude blokkerende wetten en regels of politiek-economische lobbies, afhankelijkheden, controle-mechanismen noch aanbestedingen. Een belangrijk deel van kostbare automatisering rond controle van procedures kan worden opgeheven. Door de processen buiten te hiërarchie te plaatsen ontstaat een participatieproces op basis van respect en vertrouwen, iets wat de overheid, ondanks de vele bestuurders en ambtenaren van ontzettend goede wil, niet zelf eenzijdig kan maar wel bij aan kan sluiten.
Als er dan een open data portaal moet komen dan gaat het niet om de open data zelf maar de waardengedreven context waarin deze geplaatst wordt. Denk aan AiREAS waar de gezonde verstedelijking, gezien vanuit luchtkwaliteit, de context bepaalt van het grote knoppenteam. Dat team draait zelf niet aan de grote knoppen maar zorgt dat degenen die dat wel doen dit kunnen doen met een hoge graad van betrouwbaarheid en compleetheid van de gegevensvoorziening. Essentieel is dan de systeem onafhankelijkheid van het portaal en de context waarin deze zich organiseert ten bate van een ieder die ermee wenst te werken als data of geautomatiseerde niveaus van integratie.
Door dit soort activiteiten in formele waardengedreven peer 4 context te plaatsen (zoals AiREAS of FRE2SH of STIR) regeert het systeem niet meer maar de kernwaarden. Hierdoor wordt het kaf van het koren gescheiden in het beleid, de deelnemende instanties en concrete toegevoegde waarde van de keuzes. Daar is op alle niveau moed en doorzettingsvermogen voor nodig.
In AIREAS bijvoorbeeld wordt heel veel moeite gedaan om kwaliteit lagen te bewaken, soms met tijdelijke weerstand van de geld of macht gedreven partners (leveranciers of overheid). Door het multidisciplinaire karakter is er geen eenzijdige keuze dus ook geen veto maar een die door de groep wordt gedragen ten behoeve van leefbaarheid en kwaliteit van samenwerking. Als steeds meer roadmaps worden overgeheveld van systeem naar participatiebelang dan zal ook de schizofrenie van de overheid in haar interne spanningsveld tussen systeemoverheersing en partnerschap gaandeweg opgeheven worden door duidelijke bestuurlijke en operationele innovatie en optimalisatie.
Trainingen om bestuurlijk te leren omgaan met de cyclus en de peer 4 evolutie worden door de STIR Academy georganiseerd.