Niet in mijn naam

Op social media verschijnen vele foto’s van mensen met de toevoeging “niet in mijn naam”. Men neemt op die manier een standpunt in tegen de steun van de Nederlandse regering aan oorlogvoerend Israel en het buitensporige leed van mensen in de Gaza regio. Een nobele actie natuurlijk tegen de onmenselijkheid die zo wordt gesteund door een regering die met onze democratisch geleverde stemmen dit mandaat denkt te hebben. En in dat laatste zit het grote knelpunt. Als wij stemmen gebeurt dit met een verwachtingspatroon voor ons eigen welzijn, waar een ieder van de bevolking een eigen beeld bij heeft. Daar varen de diverse politieke partijen wel bij door er electorale beloftes aan te koppelen. Als de plush eenmaal verdeeld is dan gaat het ineens over hele andere zaken. Dan zit Nederland verweven in een wereldwijd geopolitiek financieel machtsspel waar de stemmende Nederlander geen enkele grip op heeft. Het enige waar wij goed voor zijn is om via de belastingen, arbeid en onze consumpties blind bij te dragen aan dit gevaarlijke, onmenselijke financiële geografische monopoliespel. Onze stem terugtrekken kan niet zomaar omdat het systeem geen alternatief tolereert. Het kan wel symbolisch via “Niet in Mijn Naam”. Maar gaat het dan alleen om Israel en Gaza? Of heeft het iets meer principieels met een breder bereik?

In 2009 werd de “Stad van Morgen” opgericht in de vorm van een onderzoek stichting (STIR) en een maatschappijvisie waarin de natuurlijke mens en ons voortbestaan centraal staat. Een visie waarin we allemaal samen verantwoordelijkheid nemen en dragen voor de essenties van ons bestaan. In feite is het een veel algemenere vorm van “niet in mijn naam”, waarbij we niet alleen deze vorm van democratie en regeren afwijzen, maar er ook een andere vorm voor in de plaats zetten (Sustainocratie). De problematiek van Israel en het leed in Gaza is slechts één van de vele onmenselijke problemen die door deze belangen politiek wordt veroorzaakt en uitvergroot.

Natuurlijke menselijke essenties, waaronder “veiligheid”, worden door de Stad van Morgen uitgelicht als één van de gemeenschappelijke verantwoordelijkheden. Deze uit zich in het tonen van respect naar elkaar, voor het leven in zijn algemeenheid, en het afkeuren en voorkomen van conflicten, oorlogen, genocides, onderdrukkingen, misbruik, enz. om wat voor reden dan ook. Respect voor en naar elkaar, ongeacht onze afkomst, geloofsovertuiging, huidskleur, kledingwijze, enz. zoals we dat zelf vorm geven via initiatieven zoals COS3i. Een vorm van respect die niet tolereert dat wij iemand anders onze culturele normen opleggen, noch andersom, maar wel samen dezelfde essenties van ons natuurlijke en menselijke bestaan omarmen, ondersteunen, delen en verder ontwikkelen. In de Stad van Morgen is niemand meer of minder dan de ander. Dit legt de basis voor het “samen leven”, in gelijkwaardigheid, open dialoog, met tolerantie en samenhorigheid, in een functionele en vreedzame co-existentie, waar ook de natuur onderdeel van is.

“Niet in mijn naam” suggereert niet alleen het terugnemen van onze stem als misbruik gemaakt wordt van de door ons gedelegeerde bevoegdheden. Het suggereert ook dat we daarmee tevens die verantwoordelijkheden terugnemen en ons eigen maken. En dat is precies wat we als Stad van Morgen al 15 jaar trachten vorm te geven. Dit doen we overigens met dezelfde spelers in de maatschappij (burgers, overheden, bedrijven, kennisinstellingen, onderwijs) alleen heet het spel anders. Het gaat dan niet om geld, macht, concurrentie en eigenbelang maar om het bestaan en voortbestaan van de mens, onze essentiële bestaanswaarden en onze verantwoordelijkheid samen. Een logisch verschil, toch?

Vrede is een werkwoord

Met de voorbereidingen in volle gang voor een wereldwijd Vredes Evenement in Nigeria in 2022 willen we met elkaar het gesprek aangaan over wat Vrede nu echt betekent.

Als je Vrede opzoekt in het woordenboek of Wikipedia dan zien we een aantal betekenissen voorbij komen. Allemaal geven ze een passieve situatie aan van geweldloosheid. In een duale wereld bestaan dan ook het tegenovergestelde: geweld of oorlog. Maar hoe krijgen we een situatie in de wereld waarin Vrede niet een tijdelijke pauze is tussen schermutselingen maar een duurzaam blijvende conditie voor het menselijke bestaan?

Is dat überhaupt wel mogelijk in een wereld van politieke tegenstrijdigheden, financiële belangenvelden, strijd om grondstoffen, ongelijkwaardigheid tussen vele mensen en concurrentie om verschillende redenen. Kunnen we ons een wereld voorstelling waar die elementen niet meer voorkomen?

Wij wél!

Wij hanteren namelijk een actieve benadering voor Vrede.

Vrede is wanneer mensen en instanties in staat zijn hun geschillen of conflicten op te lossen zonder geweld, en samen kunnen werken in coöperatieve cocreatie (inclusief met de natuur) om zo de kwaliteit van alle leven te verbeteren en te handhaven

Dit is de insteek van Sustainocratie met de door ons gedefinieerde en onderbouwde natuurlijke, menselijke kernwaarden. Deze delen we samen als gemeenschappelijke verantwoordelijkheid tussen alle mensen en instanties eender. Zo ook de cocreatie clusters die we samenstellen rondom waarden gedreven prioriteiten in een regio. Sustainocratie concurreert niet met de oude politieke, financiële werkelijkheid maar nodig deze uit tot het nemen van verantwoordelijkheid voor deze waarden samen. Gelukkig groeit de acceptatie lokaal en internationaal om zich aan Sustainocratie te verbinden.

Wat is Vrede voor jou?

Klimaatalarm

In welke wereld wil je leven? Sterker nog…..in welke wereld KUNNEN onze kinderen nog leven? Vanuit het perspectief van Sustainocratie nemen we hiervoor ZELF verantwoordelijkheid. Door onze gewenste werkelijkheid SAMEN te creëren en onderhouden. We doen dit vanuit onze natuurlijke menselijke waarden met een instantaan positief klimaateffect. Sluit je aan…..we doen het voor onszelf, voor onze kinderen, voor ons welzijn, voor ons heden en onze toekomst.

6 aandachtspunten burgerparticipatie en mede verantwoordelijkheid

Tijdens het stadsdebat afgelopen zaterdag in de raadzaal van Eindhoven, over burgerparticipatie en het samen dragen van maatschappelijke verantwoordelijkheden volgens geformuleerde kernwaarden zoals gezondheid en luchtkwaliteit, kwamen zes aandachtspunten unaniem naar voren. Het debat was georganiseerd door Stichting STIR  (Stad van Morgen) en AiREAS naar aanleiding van de expositie tijdens Dutch Design Week 2016 over gezondheid gedreven gebiedsontwikkeling volgens het sustainocratische maatschappijmodel. In dit model wordt gesteld dat menselijke kernwaarden (zoals gezondheid) alleen waargemaakt kunnen worden in strikte samenwerking tussen de verschillende onderdelen van een samenleving: burgers, overheid, wetenschap en innovatief ondernemerschap. Omdat functies in onze traditionele en verouderde manier van samenleven gescheiden zijn werd de aandacht voor de kernwaarden nooit gemeenschappelijk noch in de gefragmenteerde verantwoordelijkheden gedragen. Hierdoor beleven we de huidige situatie van intense wereldwijde vervuiling, misbruik van grondstoffen en politiek economische sturing met veel bureaucratie en regelgeving, reagerend op problemen maar nergens in staat om eenzijdig een proactieve benadering te formuleren voor een duurzaam menselijk voortbestaan. Kritieke situaties stapelen zich op.

Sustainocratie wordt daarom steeds vaker gezien als een noodzakelijke evolutionaire stap in gebieds-en maatschappijontwikkeling maar vergt daarbij een geheel nieuwe omgang en samenhang tussen alle belangenpartijen. Die samenhang wordt ook wel het nieuwe niveau (niveau 4) van gebiedsontwikkeling genoemd, een niveau waarin de onderliggende functionele niveaus samenkomen en zich verbinden aan het nastreven van de geformuleerde menselijke en natuurlijke kernwaarden.

De vele internationale bezoekers tijdens Dutch Design Week reageerden aangenaam verrast over het ontstaan van Sustainocratie in Eindhoven, de gemeenschappelijke expositie hierover in het gemeentehuis en de praktische uitvoering via (onder andere) AiREAS. Velen namen ervan kennis, noteerden de publicaties hierover, om het ook in te gaan voeren in hun thuisgebied ergens in de wereld.

In Eindhoven gaan we echter weer stappen verder. De fase van het activeren van proactief betrokken burgerschap in de Sustainocratische processen is in volle gang, net als het betrekken van de vele instanties die gewend zijn om op een hele andere manier met elkaar en hun institutionele opdracht om te gaan. De recent geformuleerde bestuurlijke Health Deal in Brabant is misschien een mooie kapstok voor besluitvorming en beleid maar dient zich wel te verbinden aan burgerparticipatie, initiatieven en gemeenschappelijk gedragen programma’s. Kernwaarden zoals gezondheid kun je namelijk niet kopen, je maakt ze waar, samen! In een koop en verkoop georiënteerde maatschappij overheerst geld met de “economie” als maatstaf waarin allerlei beloningsstructuren mensen en instanties bezig houden. Maar het nastreven en onderhouden van kernwaarden is geen handelseconomie. Het is een cocreatie met doelgerichte veranderingen vanuit een gemeenschappelijk gedragen bewustwording en dragen van verantwoordelijkheid. Deze doet er veel toe maar niet past in die oude wereld van regulering, geldgedreven beloning of afhankelijkheden. Er zijn nieuwe instrumenten nodig die deze vorm op niveau 4 consolideren.

Het debat begon met presentaties van burgers die pioniers zijn in deze ontwikkeling. Zij tonen hun motivatie, aanpak, successen en doorzettingsvermogen. De vraag in het debat is geënt op het uitvergroten en consolideren van de initiatieven in een nieuw geformaliseerde maatschappelijke context. Nu is de evolutie nog te veel afhankelijk van pioniers en daarom erg persoonsgebonden en kwetsbaar. Het veralgemeniseren van de processen vergt erkenning en positionering dat onderdeel is van een nieuwe werkelijkheid en complexiteit.

De zes grote lijnen zijn daarvan het resultaat:

1. Erkennen en waarderen van sociaal ondernemen.

2. Indexeren en meetbaar maken van sociaal ondernemerschap.

3. Wijkgerichte burger betrokkenheid creëren.

4. Durf bestuurlijke ambities gezonde verstedelijking hoog te leggen.

5. De jongeren betrekken bij de maatschappelijke uitdagingen.

6. Internationale uitwisseling  van het goede voorbeeld.

Er is een manifest ontstaan uit dit debat dat de punten verder toelicht. Het manifest kunt u hier downloaden manifestburgerparticipatie-2 en eventueel ondersteunen.

Stadsdebat burger verantwoordelijkheid gezonde verstedelijking

Gezondheid is geen politiek economisch discussiepunt. Het is een van de 5 sustainocratische kernwaarden en daarom een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van ons allemaal! Een gezonde stad creëren en onderhouden we samen!

Help mee onze prioriteiten te stellen voor de komende jaren.

Burgers aan zet: Stadsdebat – Raadzaal Eindhoven – Zaterdag 29 oktober – 14:00 – 16:30 (Gratis aanmelden kan hier)

stadsdebat-gezonde-stad-burgers2-2

Gratis geld of basisinkomen

Geld is een menselijk bedenksel, een concept dat niet bestaat totdat er betekenis aan wordt gegeven. “Gratis” betekent “kost geen geld”. Dus “gratis geld” geeft betekenis aan niets, een loze dubbelzinnigheid die pas betekenis krijgt als waarde wordt toegekend aan “geld” waarna het eventueel zonder verplichtingen kan worden weggegeven, zoals men suggereert met het basisinkomen. Wij hebben geldsystemen geschapen die pas betekenis kregen toen wij het verbonden hebben aan een geaccepteerd waardemiddel, zoals goud, ruilhandel of arbeid. Geld is niet gratis als het verbonden wordt aan een onderpand. Gratis geld bestaat alleen als er geen echte tastbare waarde aan ten grondslag ligt en toch wordt gebruikt.

Schuld is gratis geld
Deze stelling zullen banken niet leuk vinden maar het is wel zo. De rente en teruggave die de bank verlangt bestaat nog niet. Die moet nog gecreëerd worden. Het geld van de schuld heeft daarom de toekomst als onderpand door een schuldbekentenis te aanvaarden als “waarde”. Als wij daarvoor tekenen zijn we vrijwilligers in een slavernij door de schuldbekentenis. We krijgen geld dat nog niets is. We erkennen dit “niets” als schuld en geven vervolgens macht aan de schuldeisers van niets om ons leven de komende jaren te beheersen. Wat krijgen we ervoor terug? Een huis dat we 3 keer hebben betaald en levenslang hebben geïnvesteerd in het terugbetalen, met rente, van niets. De waarde die ontstaat met schuld is macht van schuldeisers over de toekomst van schuldenaars. Doordat geld als schuld vrij en gratis in omloop wordt gebracht, en wij er dingen mee kunnen kopen die voor ons van waarde zijn (voedsel, kleding, vertier) stellen wij die aanschafwaarde op dus ook op nul. Wij hebben er zelf geen waarde tegenover gesteld, behalve de toekomst die nog niet bestaat, maar consumeren toch waarde die wij onttrekken aan de natuur, creativiteit en arbeid van het verleden en heden. Kortom we vernietigen waarde met geld dat daarom negatieve waarde vertegenwoordigt waar ook nog eens een lange termijn renteplicht tegenover staat (meer waarde onttrekking).

Het alles vernietigende systeem door focus op consumptie en schuld
Het alles vernietigende systeem door focus op consumptie en schuld

Het moge duidelijk zijn dat het schuldsysteem met geld een alles vernietigend systeem is, zeker als er meer en meer geld in wordt gestopt om het in stand te houden. Klimaatverandering, vervuiling, armoede, verstedelijking, oorlog, enz kan er allemaal aan worden ontleend. Sterker nog. Als dit zo doorgaat bestaat de mens over enkele decennia niet meer omdat we zoveel waarde hebben onttrokken aan onze omgeving dat er geen natuurlijk bestaansrecht meer mogelijk is. Omdat geld en schuld gratis is wordt de onderbroken evolutie van de mens, en veel ander leven op Aarde, de kostbaarste prijs die wij betalen, die niet uit te drukken is in geld, maar wel in verantwoordelijkheid. Verantwoordelijkheid heeft echter (nog) geen formele waarde in het menselijk bestaan. Dat besef dringt langzaam door bij de bevolking maar niet de geld of schuldafhankelijke machtssystemen.

Basis inkomen
Veel wordt gesproken over een basisinkomen voor iedereen. Dit zou rust brengen bij alle mensen zodat men zich kan concentreren op het zinnig invullen van het leven. Voorstanders van dit voorstel zien het basisinkomen als voorschot op waardecreatie van morgen, een schuld dus. Anderen zien het als een mogelijke belastingpost (teruggeefgeld) voor de rijken die zoveel geld hebben vergaard over de schulden van de anderen. Zo’n basisinkomen houdt in ieder geval een basis consumptie patroon in stand. Dat is voor velen op dit moment belangrijk omdat het de context decennia lang heeft bepaald van onze huidige maatschappelijke organisatie en cultuur. Maar wat het niet doet is de piramide van leveranciers reguleren die op de achtergrond bijdragen aan de waardeonttrekking door concurrentie en kosten optimalisatie, noch een belastingcultuur die exponentieel stijgt door de consequenties achteraf aan te pakken en daar macht aan ontleent. Hierdoor blijven structureel tekorten ontstaan die het basisinkomen onderhevig maken aan noodzakelijke inflatie om mensen in hun behoeften te laten voorzien. Dit ontwikkelt exponentiële proporties waardoor uiteindelijk de waardeonttrekking zo groot is dat het geld van het basisinkomen gaandeweg waardeloos wordt en de toekomst niet meer bestaat omdat het is leeggezogen zonder er iets voor tegenover te stellen.

De oplossing is geen middenweg maar een omslag
Het probleem van het huidige geld, ook het basisinkomen, is dat het gebaseerd is op het verkeerde onderpand (de toekomst) en al ons materialisme dat daarop is gebaseerd. Geld dient afgestemd te zijn op bestaande reële waarden. De waarden die wij in ons materialisme erkennen zijn uitsluitend die van grondstoffen en arbeid, niet die van verantwoordelijkheid en verduurzaming. De eerste twee zijn betrokken bij de huidige gewaardeerde waardeonttrekking terwijl de laatste twee betekenis geven aan niet gewaardeerde daadwerkelijke waardecreatie. Doordat verantwoordelijkheid niet gewaardeerd wordt met geld slaat de balans door naar onverantwoordelijkheid waar wél een geldbedrag voor staat.

Waardecreatie vanuit verantwoordelijkheid kan meetbaar gekoppeld worden aan een basisinkomen
Waardecreatie vanuit verantwoordelijkheid kan meetbaar gekoppeld worden aan een basisinkomen

De oplossing ligt dus in het belonen van verantwoordelijkheden in plaats van onverantwoordelijkheden. Dan kan een basisinkomen gekoppeld worden aan gedragsnormen zoals het opvoeden van de kinderen, het helpen van ouderen, het schoonhouden van de natuur, innoveren op basis van veiligheid en gezondheid, enz. De beloning wordt afgestemd op waardecreatie van nu naar de toekomst door de waardevermindering van verleden aan te pakken. In mijn, in 2011 via email verspreidde boek “The Global Shift” leg ik al wat basis voorwaarden voor een geconditioneerd basisinkomen waarin het geldsysteem gebaseerd is op de waardering van verantwoordelijkheid in plaats van consumptie. Als men het vertrouwen schaadt van verantwoordelijkheid dan kan dat ten kosten gaan van het basisinkomen. Men kan echter ook carrière maken in verantwoordelijkheid door de maatschappelijke basis te overstijgen in ondernemerschap, bestuurlijke functies, cocreatieve samenwerking of kennisontwikkeling en deling. Het verdelen van waardecreatie is een hele andere manier van leven dan dat wat we hebben gecreëerd op basis van schulden en waardevernietiging. Er ontstaat een circulaire economie. Deze passen we in bescheiden kringen al toe in Eindhoven, zoals in AiREAS, maar kan veel meer gestructureerd, met de betrokkenheid van het hele gebied (Sustainocratie). Zo willen we met AiREAS munten mensen belonen die bijdragen aan het cocreëren van de gezonde stad en hen met die munten lokale privileges geven die hun verantwoordelijkheid-zin beantwoordt met erkenning.

De transformatieve omslag kan parallel lopen
De twee verschillende maatschappij modellen en economische systemen staan hier samengevoegd in een tekening dat de basis kan vormen van een cultuuromslag die vanuit Nederland de wereld in kan waaieren.

Twee Nederlanden. De ene machtig en blokkerend, de andere gedreven en ethisch op een nieuw niveau
Twee Nederlanden. De ene machtig en blokkerend, de andere gedreven en ethisch op een nieuw niveau

Het laatste woord

We worden weer overspoeld met speelgoedreclame dus zal de Sinterklaastijd wel weer in aantocht zijn. Steeds vroeger in het jaar wordt de goedheiligman verbonden aan de verkoopbelangen van een consumptie gedreven maatschappij. Zijn kerkelijke boodschap als redder van kinderzieltjes uit de moordende hebzucht van een handelaar wordt zo ontkracht.

Het zwarte gezicht van zijn knechten wordt door de vieze schoorsteen veroorzaakt wanneer hij presentjes aflevert voor de kinderen. Maar nu wordt het zwarte gezicht met dezelfde schijnheiligheid verbonden aan slavernij en discriminatie, een oud schaamtegevoel uit onze eigen “gouden eeuw”.

Hebben of gebruiken?

“Papa, dat speelgoed hoef ik het niet te “hebben”, ik wil er gewoon een keer mee spelen”. Datzelfde geldt ook voor mij. Ik hoef die auto niet te hebben, ik heb er alleen af en toe een nodig, soms uit noodzaak, soms om er mee te spelen. Volgens de minister president dien ik echter beter het landsbelang door de auto in eigendom te nemen. Daar heb ikzelf andere opvattingen over als ik naar al die geparkeerde blikken bakken kijk die de straten bevolken. We hebben nog een cultuur van hebben. Die van gebruiken komt eraan.

Het systeem wil dat ik consumeer door aan te schaffen, ik wil gewoon gebruiken en teruggeven.
Het systeem wil dat ik consumeer door aan te schaffen, ik wil gewoon gebruiken en teruggeven.

Mens of systeem?

Mijn dochters groeien op in een wereld waarin we zelf leren kijken naar de werkelijkheid en het interpreteren op basis van ethische aspecten en verantwoordelijkheden die de omgevingscultuur stelselmatig lijkt af te breken. Op school “waar iedereen zichzelf mag zijn” moet men huiswerk inleveren over het verschil tussen allochtonen en autochtonen. Ik was 42 toen ik de woorden moest opzoeken in het woordenboek bij terugkeer naar Nederland. Ik was 27 jaar allochtoon geweest en had het nooit geweten. In Nederland werd mijn gezin bestempeld met discriminerende woorden.  De blog van Paul de Blot praat over “legalen en illegalen”, recht en onrecht over de onmenselijkheid van systemen die mensen beoordelen en veroordelen op afkomst.

Burgerparticipatie of verantwoordelijkheid in menselijkheid?

Tijdens een recente “burgerparticipatie” bijeenkomst vertelt de kersverse wethouder dat de burger mag meepraten maar de overheid het laatste woord heeft. Dat is een boeiende opstelling als burgers samenkomen om te praten over verantwoordelijkheid, ethiek of verwijtbaarheid in schending van menselijke en milieuwaarden. Men stelt gemeenschappelijke acties voor om te ondernemen om daarna terug gefloten te worden door de toestemming en beoordelingscriteria.

Een week later zit een andere wethouder aan tafel om samen met de burgerbevolking verantwoordelijkheid te nemen in een sustainocratisch proces over de gezonde stad. Dezelfde wereld, hetzelfde systeem, andere mensen, andere opvattingen en betrokkenheid of keuzes. De een doet het wel, de ander niet. Menselijkheid!

Wat leren wij onze kinderen?

Maar het gaat om verantwoordelijkheid nemen. Wat leren wij onze kinderen? Hoe gaan wij met elkaar om op straat? Welke verantwoording is nodig als je zelfbewust hebt leren bijdragen aan leefbaarheid? Waarom een kostbare bureaucratie van kwartjes om dubbeltjes te beoordelen? Hoe zit dat met verantwoordelijkheid en ethiek?

Het laatste woord heeft niet de wethouder, niet het systeem, niet de overheid noch de bank. Het laatste woord heeft de mens, de natuur en ons ge-weten in maatschappijspel dat we samen spelen. Het laatste woord heeft duurzame menselijke vooruitgang. Morgen is gisteren begonnen om er vandaag verantwoordelijkheid voor te nemen.

Een kind weet dat en dit kind zit in ons allemaal. We hebben niets, ook al bezitten we alles. In het spel van het leven gebruiken we alleen maar en geven alles terug wanneer we klaar zijn. Het laatste woord hebben wij niet want dan zouden onze kinderen niets meer te zeggen hebben. We hebben het laatste woord als we als mens uitgespeeld uitgespeeld zijn. Dan is het te laat.

 

1% transformatie = 100 % acceleratie

De mens gedraagt zich net als een pompoenplant. Deze groeit maar door en woekert over alles heen. Als er ergens een obstakel is dan stopt de groei niet maar verandert van richting.

In onze economie gebeurt dat ook.

Bedrijven
Wanneer een bedrijf geen groei meer ondervindt dan moet er een richting verandering plaats vinden. Die verandering hoeft niet groot te zijn maar heeft wel grote consequenties. Zonder verandering zou het bedrijf ophouden te bestaan. Met de aanpassing is vooruitgang weer mogelijk. Daarin zijn veel keuzes. Dat vinden veel ondernemers moeilijk.

Als groei hapert dan gelden de regels:
1% transformatie = 100 % acceleratie.
Maar ook:
1% transformatie = 100 % transpiratie

Transpiratie ontstaat omdat “verandering” enorm moeilijk is. In onze huidige maatschappij zijn er al zoveel stromingen dat richting verandering bijna onvermijdelijk in het vaarwater komt van een ander. Het vinden van het spreekwoordelijke “gat in de markt” is daarom een uitdaging op zich. Richting verandering kan dan op verschillende manieren. Door net als een pompoenplant gewoon van richting te veranderen of door zelfbewust te transformeren naar iets anders dan een pompoenplant. Iets nieuws dus.

Denk aan Nokia die veranderde van elektronica fabrikant in GSM marktleider, Nintendo die met de Wii een nieuwe succesfase insloeg of Apple die met de i-reeks de wereld van communicatie revolutioneerde.

Nederlandse Staat
De staat heeft die transformatie mogelijkheid veel minder. De staat werkt met en voor “het succes van haar bevolking”. Als de staat als instituut in crisis verkeert dan kan het niet zomaar transformeren tenzij het een nieuw staatsmodel zou kiezen. Dat gebeurt niet snel in vredestijd.

Men kan dan alleen als land weer succesvol worden door de cultuur transformatie van de bevolking te faciliteren en eventueel als instituut mee te transformeren. Dat is moeilijk.

In de Stad van Morgen richten wij ons op hulp bij transformatie, zowel in richting verandering als integrale aanpassing, in het bedrijfsleven,  de overheid en hele maatschappij. Wij helpen ook bij de transpiratie door niet vanuit crisis en herstel te redeneren maar vanuit kans en vooruitgang.

In vele gevallen nemen we er zelfs integraal verantwoordelijkheid voor zodat de gevestigde orde het maar hoeft over te nemen als acceleratie weer mogelijk is. We vragen hen dan om mee te doen. De transpiratie van de omgeving gaat dan voor zitten in het weghalen en opruimen van obstakels. Een even eerzaam werk als men daarmee het eigen succes bevordert.
Voorbeeld: AiREAS (gezonde stad )

Transformatie formule

 > 1 = succes
> 1 = succes