Special announcement for expats and international people that are temporary residents in Eindhoven. Participate in our intercultural dinner club and get to know town and fellow citizens in a happy way. At STIR foundation we believe that a multicultural society needs intercultural relationship building to learn about each other, build intercultural bridges of respect, trust and cocreation, and have fun together……
Tag: STIR
STIR Academy groeit
Vanaf de kickoff in 2009 heeft de Stad van Morgen zich gericht op het uitnodigen en betrekken van mensen en instanties bij haar Sustainocratische processen en inzichten. Dit bleek een uniek wederzijds leerproces, een vorm van leren dat nooit stopt, eigen aan een zijns-gedreven werkelijkheid. Wat wil dat zeggen?
Onze traditionele leerweg is die van vallen en opstaan. In de aankomende wereldwijde publicatie over de 1e fase van AiREAS refereer ik hiernaar door dit “het leren door terugwaartse interpretatie van ervaringen” te noemen.

Er zijn echter ook veel mensen en instanties die reeds zoveel levenservaring hebben opgebouwd dat ze zich niet meer laten verrassen door gebeurtenissen maar deze zelfbewust veroorzaken. Men heeft een bewustzijnsdoorbraak meegemaakt waardoor alle acties daarop gefundeerd zijn.

Het leerproces is dan ineens heel anders. We experimenteren dan met een werkelijkheid die wij voor ogen hebben, zoals gemotiveerd vanuit de natuurlijk kernwaarden die in Sustainocratie zijn gedefinieerd.
Waar voorafgaand aan de bewustzijnsdoorbraak de motivatie vaak persoonlijke groei en onderscheidend vermogen (concurrentie) was, vaak met pijnlijke ervaringen, blijkt daarna de motivatie veelal harmonisering en aanpassingsvermogen te zijn. Na de doorbraak ervaren de betreffende personen en organisaties een constante stroom van geluk, passie en zin. Wij passen dit nu ook toe op maatschappijvormen zoals steden en provincies.
STIR leercoöperatie heeft al die ontwikkelingen geborgen in haar programma’s. Bewustwording gaat tot en met het doorbraakmoment. Empathie levert dan de nodige overtuiging rond de ethische werkelijkheid waarna het leven er ineens anders uit gaat zien. Kernwaarden gedreven co-creatie is dan een logische gevolg. We doen dit op alle leeftijdniveaus, professionele uitingen en structuren. Hoe meer mensen en instanties doorbreken des te intensiever we samen kunnen werken aan de grote uitdagingen van deze tijd.
De blog en communicatiesite van de STIR leercoöperatie
Enkele voorbeelden:
Met Turkse jongeren en AiREAS: https://aireas.wordpress.com/2015/12/05/multicultureel-aireas/
Met ROC (nu Summa): “Laat mij maar los”: https://youtu.be/eHwEmxSBNTk
Met de hele stad Eindhoven: “AiREAS – Gezonde stad, gezonde lucht” : https://youtu.be/KxnuJz5y66E
Met het bedrijfsleven: “Beestachtig Leiderschap”: Beestachtig (1)
Met internationale innovatieve groei: https://youtu.be/cCPyOgc7S1I
Met bestuurders:

Vanaf 1 januari hebben we onze eigen locatie in Eindhoven om zoveel mogelijke sessies te kunnen organiseren met onze partners.
- STIR Academy
- leercoöperatie
- Sectie-C
- Daalakkersweg 2, 3 verdieping, lokaal 178
- Eindhoven
Enkele partners: Nicolette Meeder, Jan-Karel Felderhof, Eugen Oetringer, Rustem Demir, Stichting Bij de Tijd, Leendert van Bree, Jean-Paul Close.
De kracht van innovatie – STIR – 2 september
De nieuwe serie STIR avondcolleges gaat over de kracht van innovatie binnen de kaders van duurzame menselijke vooruitgang.
Deel 1. SMART CITIES, EU, STIR en 100 Miljard
STIR initiatiefnemer Jean-Paul Close legt het Smart City programma van de EU uit en de partnerschap rol van de STIR Academy zoals deze is gehonoreerd door de EU commissie.
De komende jaren investeert de EU honderden miljarden subsidie aan Smart Cities and Communities gerelateerde innovatieve projecten. De kern van succes wordt gezien in onderlinge samenwerking. Hoe kunnen kleine zelfstandigen en lokaal MKB van de subsidies profiteren? Wat is de rol van de STIR Academy? Hoe ziet het STIR netwerk in Europa er uit? Hoe kunnen STIR deelnemers meedoen? Wat kunt u verwachten tijdens de komende 20 colleges? Wat doen de STIR werk en projectgroepen? Enz
Voor wie zijn deze colleges?
Voor een ieder die op zoek is naar kersverse internationale en lokale inspiratie en innovaties die er toe doen en zich erop wil richten als pionier, ondernemer of potentiële samenwerkings-partner. STIR denkt vooral aan ondernemende of zoekende studenten, zzp-ers, professionals op zoek naar een nieuwe uitdaging, lokaal MKB, enz.
Locatie: Fontys hogeschool, Rachelmolen 1, Gebouw R1, Eindhoven
Kosten: 20€ voor niet leden, 1 AiREAS munt voor abonnementhouders. (Zie ook abonnement mogelijkheden)
Hier kunt u zich aanmelden:
Data STIR avondcolleges 2e helft 2014
Hieronder treft u de open STIR avondcollegedata voor September – December 2014:
Dinsdag 2 september
Woensdag 17 september
Dinsdag 7 oktober
Woensdag 22 oktober
Dinsdag 4 november
Woensdag 19 november
Dinsdag 2 december
Woensdag 17 december
Deze nieuwe serie STIR colleges is aangepast om de regionale Stad van Morgen activiteiten via AiREAS (gezonde stad) en FRE2SH (zelfredzaam gebied) te stimuleren met kennis en inspiratie uit de hele wereld.
Locatie: Fontys Hogeschool, Rachelmolen 1, gebouw R1.
Lokaal: 1.67 (let op, nieuw lokaal, 1e verdieping!)
Kosten: 1 AiREAS munt (zie lidmaatschap FRE2SH) of 10€ (partners) of 20€ (niet partners)
Gastvrouw en contactpersoon: Nicolette Meeder
Hoofddocent en coordinatie gastdocenten: Jean-Paul Close
STIR Avondcollege 9 mei – voedsel – Joel Salatin
Een van de 5 kernwaarden van een stabiele maatschappelijke ontwikkeling, volgens Sustainocratie, is voedsel.
Dankzij Fransjan van der Waard kreeg STIR Academy een live stream met de Universiteit van Wageningen om de presentatie van Joel Salatin rechtstreeks mee te kunnen maken. De Wasvenboerderij faciliteerde het experiment met ruimte en koffie.
Joel Salatin
Salatin is boer in Amerika die op een natuurlijke manier omgaat met veehouderij. Hij heeft bekendheid gekregen door zijn unieke praktische methodes die hij heeft verwoord in een boeken zoals “Folks, this ain’t normal”.
Salatin start zijn betoog met het vestigen van onze aandacht op de microscopisch kleine wereld in de aarde op het veld. Die microkosmos is veel complexer en geïntegreerd dan wat wij mensen ervan maken in onze activiteiten. Als je deze kosmos uitvergroot dan kom je tot de grotere soorten waaronder de dieren en planten, maar ook de mens.
Het verhaal van Salatin gaat over het houden van een verband tussen de eetbare dier en plantensoorten op zijn farm en de diversiteit van de natuur. Hij laat zijn koeien al trekkend grazen door dagelijks van weiland naar weiland te verhuizen. Ze eten gras, bewerken de natuur met hun gedrag en laten uitwerpselen achter. “Alles draait om poep” zegt Salatin. Een lopend dier trotseert de zwaartekracht en verspreidt zo de poep over het land. En zo zijn er meer voordelen te benoemen met rondtrekkende dieren.
Als de koeien voorbij zijn dan komen er mobiele units met vrije uitloop kippen die gebruik maken van wat de koeien hebben achter gelaten en er op hun beurt weer iets aan toevoegen. En zo creëert Salatin een lokaal circulaire systeem zonder pesticiden, kunstmeststoffen of vaccinaties en een veel hogere productiviteit. De grond, biodiversiteit, planten, insecten, microkosmos, en dieren werken op natuurlijke wijze samen. Het vlees en de groeten zijn gezond en voedzaam voor de mens. “Respectvol omgaan met voedsel is respectvol omgaan met de mens”. Daarnaast is zijn boerenbedrijf een samensmelting van bedrijvigheid in diversiteit.
Publieke discussie
Boeiend is de discussie die volgt met de zaal. Daaruit blijkt dat veel mensen redeneren vanuit verschillende paradigmas. Een greep uit wat reacties.
“Hoe krijgen we meer mensen geïnteresseerd in het boeren bedrijf als ze zoveel andere dingen moeten doen (zoals werken)”.
Het is natuurlijk fascinerend om dit soort vragen te zien en horen. Ook de Stad van Morgen hoort vaak het argument “ja maar, er moet brood op de plank komen” of “ik moet mijn brood verdienen” waarna men hele andere dingen gaat doen dan graan verbouwen of brood bakken. Tussen ons en voedsel hebben wij geld geplaatst dat ons een gefragmenteerde benadering van voedsel oplevert, ook in de voedsel industrie. We kopen voedsel maar zijn niet betrokken bij de oorsprong noch de complexiteit ervan terwijl ons bestaan ervan afhankelijk is.
Salatin reageert met andere woorden maar een soortgelijke betekenis. Als we voedsel niet belangrijk vinden dan staan wij de verarming toe van de bodem en voedselproducten uit bedrijfskundige efficiëntie en winstbejag. De gevolgen zijn niet te overzien, voor de mens niet en ook niet voor onze omgeving. “Koop u wel eens dingen die u niet nodig hebt? Ziet u wel, het gaat niet om het geld maar onze prioriteiten. Dat zit tussen onze oren”, aldus Salatin.
“Wat voor advies geeft u de studenten?”
Deze vraag kwam van een student. Salatin gaf kort antwoord “start een revolutie”.
Dat is inderdaad wat we van onze opkomende nieuwe generaties kunnen verwachten. “De mens verandert pas van gedrag als het niet meer anders kan” stelt Salatin terecht. Het boerenbedrijf biedt veel werkgelegenheid (heerlijk in de natuur, niet op een kantoor) maar dan moet het wel anders functioneren dan wat we in het verleden hebben opgebouwd.
“De overheid reguleert en geeft ons weinig ruimte voor natuurlijke productiviteit”
“Alles wat ik doe op mijn boerderij is in principe illegaal” stelt Salatin. Vee dat niet ingeënt wordt, geen stallen, geen insecticides, geen kunstmest…. Daar ligt de bureaucratie wakker van. Als iedereen zou werken zoals Salatin dan zou de bureaucratie niet meer nodig zijn en de chemische en farmaceutische industrie failliet gaan. We hebben een perverse cultuur van tegenstrijdige belangen geschapen waar de natuur en de cultuur verschillende dingen zijn geworden. Toch komen allerlei instanties en universiteiten onderzoek doen naar de werkwijze van Salatin en zijn resultaten. Salatin toont zijn twijfels over de wetenschap omdat deze de gefragmenteerde belangen van een stukje van de werkelijkheid wil verklaren maar het geheel niet overziet. De aanwezige wetenschappers waren daar niet mee eens en toonden onderling een grappig spanningsveld met Salatin.
“Als poep het belangrijkste is van alles dan heeft Nederland daar een overvloed van”.
Salatin is van mening dat Nederland een industrieel economisch tussenstation is dat veevoer uit Zuid Amerika omzet in grote hoeveelheden vlees voor export met poep als overschot. “Dat is een bijzonder kwetsbaar systeem” zegt Salatin. Het heeft niets te maken met zijn opmerkingen over poep als onderdeel van een ecologisch, levend productiviteit circuit. Nederland maakt zich kwetsbaar door volledig fout met voedsel om te gaan. Een directere circulaire benadering met contact tussen consumptie en natuurlijk vlees op lokale basis levert een veel grotere stabiliteit. Om die transitie voor elkaar te krijgen doet pijn maar pijn is de bron van vernieuwing. Die moet je niet uit de weg gaan maar aanpakken met de inzichten van nu.
2 uur college en debat
Zo ging het college 2 uur lang door met een mooie, serieuze interactie met de aanwezigen. Salatin toonde zich zelfverzekerd, expert, zelfbewust en empathisch geschoold door praktijk en ervaringen. De spanningsvelden tussen paradigmas was steeds duidelijk waarneembaar tussen mensen op het podium, het publiek en Salatin.
Enkele conclusies van dit college
* de vrije loop van de dieren is fundamenteel voor de gezonde ontwikkeling van vlees,
* de interactie van de diversiteit van levensvormen zorgt voor een natuurlijke weerstand zonder kunstmatige hulpmiddelen,
* bureaucratie staat natuurlijke ontwikkeling in de weg. Amerika is net zo erg als Nederland,
* verandering ontstaat door idioten die het “anders” doen dan de (legale) norm. Dit wordt overgenomen door “early adapters” die het uitvergroten. De rest van de wereld (90%) is dan gewoon “volger”.
Eindhoven
Dit avondcollege was een experiment van de STIR Academy. Het gaat niet om de kennis alleen van mensen zoals Salatin maar vooral “wat doen wij lokaal met de inspiratie en inzichten?”.
De reactie van de kleine groep was dat er al veel gebeurt door boeren in de omgeving. Salatin presenteert één methode maar er zijn er meer. Ondanks dat er initiatieven worden genomen is het nog maar een druppel op de gloeiende plaat. Het gros van de bevolking is niet betrokken en voedt zich via de supermarkt. De Wasvenboerderij heeft binnenkort een evenement waar lokale boeren zich presenteren met hun innovaties. Het bereiken van de “early adapters” wordt algemeen als essentieel erkend. STIR Academy kan daar een rol in spelen door samen met de Wasvenboerderij op een vaste dag in de maand de inspiratie te organiseren zoals vandaag.
Wordt vervolgd.
Management en leiderschap
Veel wordt er gesproken over “leiderschap” in de politiek en het bedrijfsleven maar in feite heeft men het in Nederland en de bestuurlijke wereld uitsluitend over “management”. In de wereld van economie wordt nog maar bar weinig leiderschap toegepast terwijl juist in de grote uitdagingen van de wereld het begrip van essentiële betekenis is. Als we kijken naar de verantwoordelijkheden binnen de context van het creëren van “duurzame menselijkheid en vooruitgang” dan kunnen we stellen dat decennia lang management verantwoordelijk kan worden gehouden voor alle problemen, en het gebrek aan leiderschap, of gebrek aan ruimte voor leiderschap, verantwoordelijk is voor het uitblijven van de oplossingen. Willen we voorkomen dat leiderschap zich met harde hand moet manifesteren om gehoord te worden of dat het pas door chaos en ellende de ruimte krijgt, dan moeten we eerst snappen waar het om gaat en het daarna een functioneel plekje geven in onze maatschappij. STIR doet dit als pionier op gebied van transformatief leiderschap. Maar eerst:
Management: Het beheersen van vaste processen met het oog op de groei, verbetering en optimalisatie ervan
Leiderschap: Het creëren van nieuwe initiatieven en processen vanuit visie of noodzaak

De recente opmerking van Premier Rutte dat hij regeert zonder visie “omdat visie geld kost” spreekt boekdelen. De politiek en regering redeneert vanuit vaste patronen die zijn samengesteld uit regels en geldafhankelijkheid. Het managen daarvan, vooral in een tijd van recessie, is al moeilijk genoeg. Wanneer we daarbij het principe van “verandering” gaan toepassen dan kan het de hele oude stabiliteit ontwrichten. Geen enkele premier durft zich daaraan te wagen en laat liever chaos ontstaan dan het zelf te veroorzaken. Het voorkomen van chaos is namelijk niet uit te leggen in een democratie. Daarom heerst er in elke regering een geldgedreven management cultuur met angst voor en zelfs verzet tegen verandering.
Management wordt gekenmerkt als “realisme” omdat het uitgaat van bekende patronen die uit te leggen en voorspellen zijn.
Leiderschap wordt betiteld als “idealisme” omdat het uitgaat van idealen, passie en visie waar nog geen bewijsvoering voor is.
STIR (Stad van Morgen)
Economie is koud en verstoken van moraal of werkelijkheid-zin door het concept “geld”. De realiteit van structurele vervuiling, opwarming van de Aarde, gebrek aan menselijkheid, materialisme in de systemen, enz wordt door de economische geldafhankelijkheden ontkend en afgedaan als slap en zweverig. Ondertussen lopen de gevolgen op tot enorme en verwijtbare proporties die de huidige management cultuur welhaast tot misdadig kenmerkt. Bestuurders die dit inzien nemen vaak afstand van hun functies wegens de morele verantwoording die men aan zichzelf en omgeving dient af te leggen. Zo ontstaat er een mogelijke zelfselectie van hebzucht in materialisme en macht die uitsluitend robotachtige mensen zonder geweten en scrupules over laat aan het bestuurlijke roer.
Daarom vraagt STIR aan machthebbers met gewetensbezwaren om juist aan het roer te blijven en zich te verbinden aan de leiderschap activiteiten van de Stad van Morgen. Zo kan men de autoriteit van de positie gebruiken om veranderingen teweeg te brengen die via de STIR lus worden veroorzaakt. Het leiderschap van STIR is niet persoonlijk noch economisch maar gedreven door de grote werelduitdagingen van deze tijd (voedsel schaarste en manipulatie, gezondheid-schade door vervuiling, veiligheidsproblemen door gebrek aan aandacht, blindheid van de massa door gebrek aan bewustzijn en geldafhankelijkheid door gebrek aan zelfredzaamheid) die lokaal worden opgepakt.

Door de grote uitdagingen (global issues) te lokaliseren (local solutions) creëren we leiderschap stappen die het management voeden met onderbouwde vernieuwing. Er is dan geen agressie of chaos nodig voor leiderschap om zich te manifesteren, alleen een geweten bij bestuurders en de bereidheid stapsgewijs deel te nemen aan vernieuwing en deze toe te passen binnen de complexiteit van management. Transformatie economie noemen we dat. Het hele verhaal wordt in dit plaatje duidelijk gemaakt.

Het is ongevaarlijk, risicoloos, en verandert bestuurlijke verwijtbaarheid in betrokkenheid waarbij men zelf voorzichtigheid toepast in relatie tot de gewenste lokale balans. In Eindhoven passen we het proces toe waarbij erg veel energie gaat zitten in het betrekken van de autoritaire “management” partijen in het leiderschap proces. Dit is lastig omdat men de traditie van macht hanteert en moeite heeft met commitment aan externe leiderschap processen met weerslag naar de eigen autoriteit. Het is dan ook een uitdaging op zich om de juiste mensen aan te spreken en te betrekken.
Als men eenmaal het proces aanvaardt en individueel, collectief en institutioneel doormaakt dan is het aan STIR om het te borgen vanuit waardecreatie en leerproces. Door de precedenten die we hebben geschapen kunnen we nu ook het leerproces aanbieden aan de wereld via het zogeheten “holistische leerprogramma” van de STIR Academy. Samenwerkend met partners uit het praktische wetenschappelijke en hoger beroeps onderwijs, training en coaching trachten we de wereld van bedrijfsleven, overheid, kennisinstellingen, semi-overheid enz te betrekken bij deze ontwikkelingen en bewijsvoering waar men liever vroeg dan laat mee om dient te leren gaan uit eigenbelang
Jean-Paul Close – transformatief leiderschap
Verslag STIR avondcollege 4 februari
Het 11e thema van de avond over menselijkheid was “multiculturele samenleving, eigenbeeld en tegenbeeld, duurzame vooruitgang”.
Als eerste spreker vertelt Jean-Paul Close over zijn multiculturele verleden en bijbehorende praktische en wetenschappelijke onderzoeken. Mensen spiegelen zich met het maatschappelijke evenbeeld waarin men opgroeit. Dat maatschappelijk bevestigd zelfbeeld gaat een leven leiden totdat men geconfronteerd wordt met andere culturen. Men kijkt naar elkaar vanuit de verschillen. Dit leidt tot stoornissen in menselijke omgang. Als voorbeeld werd het zakelijke leven van Finnen en Zweden genoemd in directiekamers na bedrijfsfusies.
De “ik” en bijbehorende primaire opvattingen over goed en fout wordt gespiegeld volgens de culturele oorsprong. Verhuizen naar een andere cultuur schept allereerst verwarring omdat de “ik” zich gaat spiegelen met een nieuwe menselijke gedragsomgeving.
De Nederlandse cultuur is daarbij erg geldgedreven hetgeen geen enkel houvast noch noodzaak geeft tot verbroedering of samenwerking. De individualisering heeft eerder afzondering en versterking van oude dogma’s tot gevolg die in afzondering wordt beleefd.
De Sustainocratische cultuur is daarentegen gedreven door vijf kernverantwoordelijkheden voor menselijke stabiliteit en duurzame ontwikkeling: voedsel (water), gezondheid, veiligheid, zelfredzaamheid en zelfbewustzijn. Deze staan niet alleen boven economische en politieke opvattingen maar ook boven elke culturele beperking. Elk van deze uitdagingen heeft een verbroederend effect zoals we constateren in de werking van AiREAS (gezonde stad) en VE2RS (zelfredzaamheid met oa het planten van 100 fruitbomen in de stad) en deze STIR colleges (zelfbewustzijn) waarin regelmatig samen wordt gedanst of actief samen gewerkt.
Jean-Paul stelt dat middels toepassing van Sustainocratie de multiculturele samenleving tot samenwerking kan worden uitgedaagd en toch iedereen de eigenheid kan bewaren waarin men zich kenmerkt.
Rustem Demir is de tweede spreker. Rustem is Turk van geboorte maar werd al meteen geconfronteerd met ouders die in Duitsland gastarbeiders werden. Er volgde een jeugd die gepingpongd werd tussen Ankara en Duitsland.
De instabiliteit werd veroorzaakt door de voortdurende gedachten van zijn ouders dat zij “toch maar voor even” in het buitenland zouden blijven en weldra zouden terugkeren. Als kind werd het tijdelijk onderbrengen van Rustem een constante stroom van korte onstabiele verblijfsperioden bij grootmoeder of gastgezinnen afgewisseld met verblijf in Duitsland. Uiteindelijk werd aansluiting op de middelbare school in Turkije onmogelijk door gebrek aan erkenning van diploma’s. Er was een speciale middelbare school opgezet waar jongeren als Rustem, die multicultureel tussen wal en schip waren gevallen, toch een opleiding konden genieten. Rustem werd daar geconfronteerd met verschillende opvattingen tussen getto achtig bestaan thuis en luxe mentaliteit op school. “Wat ben ik?” was een vraag die voor veel verwarring zorgde tussen alle tegenstrijdigheden en verschillen.
Begin jaren negentig kwam hij naar Nederland en werd tijdelijk geconfronteerd met discriminatie in de vorm van “mof, ga terug naar eigen land”. Hij was sterk geldgedreven en vond werk in de Turkse horeca. Al doende kwam hij in aanraking met alle lagen van de bevolking. Hij besloot in het onderwijs te gaan en combineerde studie en arbeid. Nu is hij leraar.
Zijn conclusie van de avond was dat hij Sustainocratie al in zijn genen heeft zitten en geeft het Turkse woord “IMECE” (samenwerking vanuit een collectief gevoel) als synoniem. Alleen dacht hij lange tijd dat hij er alleen voor stond. Nu merkt hij dat dit niet zo is.
Ook concludeert hij dat zijn ontdekkingsreis naar zichzelf heeft geleerd dat hij Rustem is, geen stereotype gedogmatiseerde Turk of iets anders maar uniek door het zelfbewust loslaten van beperkingen en 100% zichzelf te mogen zijn. Om dit te bekrachtigen nodigt hij de hele groep deelnemers uit om de Turkse verbroederingsdans met elkaar te dansen. Met open armen en hartelijk naar elkaar geniet de groep van de beweging en vooral van de prachtige open eigenheid van Rustem.
Jeannette Maquiné sluit aan op het afsluiten van Rustem door de deelnemers te vragen zich te laten bewegen volgens muzikale patronen die zij voordoet. Daarna vertelt ze haar levensverhaal. Opgegroeid in een gezin waarin ambitie belangrijk was. Jeannette danst al vanaf haar prilste jeugd maar nam pas op latere leeftijd het besluit om haar familie te confronteren met haar besluit hierin haar levenspad te zoeken. Ze heeft choreografische bewerkingen en theaterproducties gemaakt met 100den deelnemers. Haar passie is om mensen kennis te laten maken met zichzelf door alle opgelegde fratsen van zich af te gooien en de creatieve wereld op te zoeken via de beleving van de muziek en beweging.
Jeannette vertelt gepassioneerd over de puberende jeugd en de manier waarop zij hen uitdaagt tot zelfbevrijding. De ene keer lukt dat beter dan de andere. Kinderen in deze tijd zijn omringd door externe prikkels en moderne dogma’s. Ze komen vaak stijf van de spanning in de les. De aanpak van Jeannette wordt door andere leraren als vreemd ervaren. Ze grijpt terug naar een verhaal van Rustem over de rode strafkaarten en het ontbreken van de groene beloningskaarten. Het een noch het ander werkt. De ontdekkingsreis is van het kind zelf en de beloning ook. Deze wordt innerlijk ervaren. Het enige dat de leerkracht doet is het geven van het voorbeeld om het initiatief daarna terug te geven aan de leerlingen. “En nu doen jullie het”.
Jeannette sluit af met een filmpje van een uitvoering van een van haar groepen die zelf een bewerking hadden gedaan op de muziek van “Ave Maria”.
Conclusie
Culturen zijn verzamelingen van dogma’s die beperkingen opleggen bij de mens. In een multiculturele samenleving levert dit zowel verwarring als een bevrijdingsproces op. Zodra de bevrijding is beleefd komt men in aanraking met de innerlijke eigenheid “de ik” en kan men met passie en bezieling omgaan met zichzelf en de omgeving. De algemene opvatting is dat er in de huidige maatschappij veel te weinig gedaan wordt aan dit bevrijdingsprocessen. Er bouwt onterecht stress bij personen door gebrek aan tijdige bewustwording “dat anders zijn mag en zelfs heel normaal kan zijn”. Kansen worden die de passie van de mens benutten in plaats van alleen de handen worden zo onbenut gelaten.
Rustem en Jeannette worden beloond met een AiREAS, de eerste “zijnsgedreven” munt die maatschappelijke waarde heeft in plaats van puur materiële. Met deze munt kan men bijvoorbeeld een keer kosteloos meedoen met de STIR Academy waar de munt erkend wordt als 10€ equivalent. Doel is om de AiREAS verder te introduceren in de stad.
Volgend avondcollege: 19 februari
(gamechanger serie, 1e college)
Volgend college: 4 maart (menselijkheid serie, 11e college)
Verslag avondcollege 7 januari 2014
Het 9e avondcollege stond in het teken van de reflectie over de afgelopen 8 colleges in 2013. Wat heeft het met je gedaan? Wat heb je ermee gedaan? Aan het woord kwamen degenen die ervaringen wilden delen.
1e Spreker: Ben Nas

Ben is de enige van alle deelnemers die de hele reeks heeft meegedaan door alle 8 de colleges bij te wonen. Na een korte presentatie over zijn achtergrond bood Ben ons een reis langs alle colleges.
Het viel op dat Ben geïnspireerd was geraakt door zowel de muzikale intermezzo’s als de verwijzing naar de harmonieuze verbintenissen waaruit het leven bestaat. Dit werd ook bevestigd in de conclusies. Ook de uitdaging om de presentatie te doen heeft voor hemzelf veel reflectie opgeleverd. Ben past nu zijn kennis toe in VE2RS en organiseert de eerste Permament Beta van STIR in Gestel.

Hier kunt u de presentatie van Ben downloaden Terugblik STIR college 2013
2e Spreker was een Spreekster: Diny Ceelen

Diny had kennis gemaakt met deze introductie over Sustainocratie op YouTube
Ze was bij het filmpje terecht gekomen na een professionele keuze om wat te doen met het thema “duurzaamheid”. Al zoekend op internet was het filmpje een feest van herkenning geworden omdat ze zo haar opleidingen (zoals geschiedenis) en de zijn/doen ontwikkeling van zichzelf en haar werkgever in verband kon brengen met de chaos die ze beleefde en steeds leidde tot discussies en negatieve situaties. Ze vroeg om ruimte in haar werk om op zoek te gaan naar inspiratie en kreeg die.
Diny leerde de positieve kant inzien van het bewust-worden door het grotere geheel te zien. Ze begon anders om te gaan met het leven en de omgeving, inclusief haar werk. Diny raakte de angst kwijt om zichzelf te zijn en vanuit haar eigen ik-wording te redeneren in de uitvoering van haar werk en haar privé leven. Allerlei nieuwe inspiraties begonnen zich te openbaren. Een reis naar Afrika met hulpverlening samen met haar dochter, bezoeken in Nederland bij verduurzamingsinitiatieven, omgaan met onverwachte gezondheid problemen in haar omgeving, enz brachten haar steeds verder.
Ze volgde een aantal colleges die een verdere bevestiging werden van de weg die zich manifesteerde en waar ze ondanks nieuwe momenten van onzekerheid en chaos mee om leerde gaan.
3e spreker (wederom een vrouw): Nicolette Meeder
Nicolette is de gastvrouwe van STIR, contactpersoon en sparringspartner voor 1 op 1 ondersteuning van de deelnemers. Nicolette besloot een verhaaltje voor te lezen over de verschillende manier van kijken naar de werkelijkheid “misschien zie ik het wel anders”. Haar doelstelling is om het bewustwordingsproces innerlijk te helpen borgen bij mensen en het uit te dragen in de maatschappij middels de ontwikkeling van de STIR Academy, lokaal en via hubs internationaal.
Na een korte interactie met het publiek bleken de deelnemers vooral enthousiast over het gevoel dat Nicolette projecteert in de colleges dat “iedereen zichzelf mag zijn” en dit vertrouwen ook wint door haar scherpe interactie op momenten dat het nodig blijkt. Twee van de aanwezigen hadden doelbewust gebruik gemaakt van de 1 op 1 interactie met Nicolette tussen de colleges door, vaak om te reflecteren over de persoonlijke situaties of processen. Men liet weten dat men die 1 op 1 interactie enorm verrijkend had gevonden. Ruim 20% van alle deelnemers had daar gebruik van gemaakt, direct of verbonden aan een project.
Jean-Paul Close sloot af met een korte bevestiging dat elk persoon de bewustwording op een geheel eigen manier doormaakt en verwerkt op basis van persoonlijke belevingen. Hoe meer je roert (de naam STIR van de academie betekent “roeren”) met je eigen leven des te meer reflectie momenten er zijn om de verrijking via bewustwording te bewerkstelligen. Dat geeft ook aan dat leeftijd en levensinstelling een belangrijke rol speelt hierin. Jason, een 20 jarige deelnemer, had kennisgemaakt met STIR door deelname aan het 12.12.12 jongeren programma. Hier was een mooie, uitdagende video-opdracht uit voortgekomen voor generatie genoten in Europa.
Jason keek nieuwsgierig naar de beleving van de oudere deelnemers en kon het allemaal nog maar moeilijk bevatten. Misschien moeten we een keer een aantal STIR sessies richten op de jongeren ook al is de inspiratie tussen generaties ook fundamenteel voor het vertrouwen in de eigen ontwikkeling van de jongerem. Docent Peter en regelmatige deelnemer heeft moeite met de uitspraak van Sustainocratie maar niet met het begrijpen ervan dat gaande weg “gemakkelijk” blijkt. Hij past het toe op zijn eigen onderwijs uitdagingen die nog maar moeizaam geïntroduceerd kunnen worden maar waar hij stapje voor stapje vooruitgang in boekt. Hij krijgt erkenning van en waardering van de ouders van jongeren die met een “stempeltje van het systeem” gemarkeerd zijn maar bij hem leren zichzelf te zijn met alle mogelijkheden die het leven hen biedt en Peter vanuit zijn eigenheid en openheid ook uitstraalt.
De STIR Academy zou kunnen leiden of helpen tot het nieuwe onderwijs, de nieuwe bedrijfsvoering, de nieuwe persoonlijke beleving van de maatschappelijke werkelijkheid. Teruggrijpend naar de tekening van de Diny over ik/maatschappij toonde Jean-Paul de spiegel die eerst ons bewustzijn vormt vanuit de maatschappelijke cultuur en daarna omdraait zodat wij vanuit ons bewustzijn de maatschappij vormen. Die doorbraak komt met de hulp van een groter werkelijkheid, het universum dat zich manifesteert via het leven op Aarde en ons bewustzijn bereikt als we er klaar voor zijn. Op dat moment staan we anders in het leven en gaan wij anders om met de vorming van de maatschappij die zich langzaam aanpast aan de vernieuwing die zich zo manifesteert.

“Wanneer het bewustwordingsproces als een klavertje 4 wordt beleefd dan vloeit het geluk vanzelf”, Jean-Paul Close
Borrel

Aansluitend hebben we het glas geheven op het nieuwe jaar. Tijdens de informele interactie kwamen de tongen verder los. Rustem, de enige deelnemer van Turkse komaf, reflecteerde openhartig: “Iedereen doet wel zo lyrisch over de colleges maar ikzelf had lange tijd geen enkel houvast. Pas in college 7, toen Wiet van Meel zijn verduurzamingsmodel presenteerde, begonnen bij mij de kwartjes te vallen. Zo zit ik nu eenmaal in elkaar. Ik heb modellen nodig om mij houvast te geven”.
Het gesprek met Rustem kwam verder in een stroomversnelling over complexe beleving die mensen van buitenlandse afkomst hebben als zij in Nederland komen wonen. De nieuwe generaties hebben ook hun bewustzijnsproblemen. Daar kunnen we samenwerkend betekenisvol een bijdrage aan leveren. Zo deelde hij spontaan “In Turkije hebben wij een sterke autoritaire hiërarchische cultuur. Pas nu, na al die tijd, kan ik zonder reserves mijn mening delen tijdens de colleges “omdat het mag”. Tussen al die afgezonderde buitenlanders in Nederland zit zoveel onbenut vakmanschap, heimwee en gebrek aan verbinding. Daar kunnen we wat aan doen vanuit “bewustwording”.
Het volgende avondcollege, op 4 februari, gaat dan over “de multiculturele samenleving, eigenbeeld en zelfbeeld, en duurzaam samen leven”. Aanmelden kan nu al.
Eten in de stad
Steeds meer technieken ontstaan om onze voedselschaarste op te lossen. Natuurlijk is de eerste stap ons bewustzijn rondom voedsel, onze huidige, vernietigende omgang met de natuur en onze kwetsbaarheid door afhankelijkheid. De tweede stap is om er wat mee te doen. Als we zelf lokaal zelfvoorzienendheid ontwikkelen dan kunnen we de grote wereldwijde voedsel stromen ontlasten. Een aantal voorbeelden die te integreren zijn in elke stad, misschien zelfs met boeiende nieuwe straatbeelden van water, planten en vissen, middels geintegreerde infrastructuren die ook andere effecten hebben (zoals koeling van de stad, recreatie, kunst, uitstraling, enz).
Stadsland en tuinbouw:
Vis:
Veel van dit soort systemen worden commercieel opgezet door samenwerking tussen overheden en bedrijven. Hierdoor worden grote groepen lokale mensen uitgesloten in het opzetten (arbeid) en gebruiken ervan (consumptie). In de STIR (Stad van Morgen) zoeken we niet direct de economie maar cohesie en cocreatie middels coöperatieve waarde creatie. Daarbij nodigen we de overheid en het bedrijfsleven ook uit maar niet vanuit afhankelijkheid maar samenwerking. De “economie” bestaat dan uit inzet (arbeid en kennis) en wederkerigheid (productiviteit en resultaat) waarvij alleen overschotten verhandeld worden. Hoe meer mensen eraan mee doen des te ambitieuzer de projecten worden.
Economie (handel) en zelfredzaamheid (zelf produceren) staan elkaar in de weg. Daardoor ontstaat er stress en een transitie die dan op zoek gaat naar een nieuwe balans tussen beide. Het ligt per gebied aan de daadkracht van de bevolking zelf om daarin een weg te vinden.
Creatie, co-creatie en geld verdienen
Regelmatig ontstaat er een discussie als we praten over de manier van (samen) werken in de Stad van Morgen (Stichting STIR). Dan gaat het vooral over wanneer men nu een factuur mag sturen en wanneer iets “gratis” gebeurd? Het verschil zit ‘m in de manier waarop wij tegen ondernemen aankijken, de manier waarop vernieuwingen tot stand komen en wanneer iets een co-creatieproces is of een product-verkoopproces. Wanneer is er budget en wanneer niet?
Creatie:
Creatie is de essentie van ondernemen, of het nu industrieel is, dienstverlenend, maatschappelijk, kunstzinnig, ….. Het is tevens de voedende basis van het onderscheidende vermogen van een bedrijf, de duurzaamheid van het bestaansrecht. Dit geldt zowel voor de individu als zelfredzaam en zelfreflecterend persoon, als voor een instelling of zelfs de gehele maatschappij. Het creatieproces is derhalve een investering in jezelf en de toekomst. Wanneer ik het woord “investering” noem denken de meeste mensen meteen weer aan geld en niet zichzelf (talent). Maar met geld doe je in een creatieproces helemaal niets want dan heeft het alleen de waarde van een schuld. En een schuld ga je aan als je erop vertrouwt het terug te kunnen betalen. Dat conditioneert dan weer je creatieproces dat automatisch gericht moet zijn op geldverdienen terwijl de droom bijna altijd toch eerst iets anders voor ogen heeft.
Creatie komt voort uit het intense verlangen om iets nieuws, iets anders neer te zetten dan datgene dat al bestaat. Het is een sterke innerlijke drang, een passie, die zich als een vulkaan doet aanvoelen binnen de ondernemer. Om die droom, want creatie gaat eerst uit van een soort droom, een ideaal, een denkbeeldig iets dat alleen in de geest van de ondernemer bestaat en nog niet in het echt, te verwezenlijken moeten er veel dingen gedaan worden. Soms komt daar wat geld bij kijken om bepaalde benodigdheden te kopen of in te huren. Soms zijn er mensen die zich tegen betaling aanbieden om je te helpen je droom waar te maken. Dan moet je zelf keuzes maken en kijken of je budget hebt, die betaalde hulp echt nodig hebt of het alleen kunt. Of je maakt er een co-creatie van met mensen die dezelfde droom ook waar willen maken en verschillende talenten aan die van jou toevoegen. In principe is geld niet nodig. Daar krijg je de droom niet mee bewaarheid, alleen misschien wat instrumenten om er aan te werken . Wat men vooral nodig heeft in deze fase is de visie, het doorzettingsvermogen, geloof in jezelf, eigenwijsheid en de verbindende kracht om anderen mee te krijgen in de creatie.
Creatie is daarom de essentie van duurzame vooruitgang.
Het is ook de basis van een gezonde economie, niet andersom (ook zo’n misvatting). Er wordt echter in dit stadium helemaal geen geld mee verdiend, het kost meestal alleen geld en héél véél moeite. Voor degene die creëert gaat het niet om het geld maar om het creatieproces zelf en het beoogde eindresultaat dat vaak een menselijke waarde omvat dat niet in geld is uit te drukken. Dat zijn de échte ondernemers, in tegenstelling tot de algemene, foutieve opvatting dat ondernemers uitsluitend “geldverdieners” zijn. Die zijn er ook, de concurrerende productverkopers, maar die werken op basis van andere parameters (prijs, distributiekanalen, marketing, inkoop, voorraden, balans, enz) en waarden die al in prioducten zijn omgezet. Daar is niets mis mee maar heeft minder met waardecreatie te maken, wel met economie (ruilhandel van bestaande waarden en handel in tekorten). De ene ondernemer is dus de andere niet.
Creatie en Stichting STIR
Stad van Morgen is een stichting voor permanente waardecreatie. Wij stellen steeds de complexe maatschappij ter discussie vanuit onze visie voor duurzame menselijke vooruitgang, onze eigen stip op de horizon. De mens heeft de neiging om steeds van die stip af te willen wijken. Onze wispelturige natuur laat zich vooral aansturen door materieel heb en heerszucht om dan door crisissen en bijbehorende pijn weer tot bezieling en heroriëntatie te worden gedwongen. Dit geeft dus altijd weer aanleiding voor ondernemende mensen om te dromen dat het ook anders kan. Zij brengen dan stabiliteit door vernieuwing. Dat is ook een van de redenen dat in tijden van een gelddepressie of oorlog de meeste nieuwe uitvindingen zijn gedaan, niet in tijden van financiële hoogtij. (Zie ook mijn blogartikel in het Engels over Kondratieff versus Close). Dit proces levert uiteindelijk een maatschappelijke slingerlijn op die met vallen en opstaan vooruit gaat.
Stad van Morgen zit vooral aan de kant van het opstaan, vaak nog voordat we gevallen zijn.
Ja maar…..
Ik weet het! Er moet brood op de plank komen en al dat creëren vanuit een droom is mooi en aardig maar ik zal toch moeten overleven in deze maatschappij die alles vertaald heeft in geld. Natuurlijk snappen we dat. Maar het is niet de verantwoordelijkheid van de Stad van Morgen of de coöperaties die eruit ontstaan om het geldbelang te dienen. Wij creëren samen nieuwe waarden die nog niet bestaan en dus ook nog geen prijskaartje hebben. Dat uit het co-creatie proces verkoopbare waarden ontstaan is duidelijk alleen weten we vooraf nog niet wat. Dat is het doel ook niet. In de Stad van Morgen handelen we alsof het altijd een depressie is. Het haalt het beste uit de mens naar boven en in tijden dat er in de omgeving geen direct crisisgevoel heerst is er toch “markt” voor integrale vernieuwing. Wat we gezien hebben tot nu toe is:
- Deelnemers kwamen zo in de aandacht dat ze een baan aangeboden hebben gekregen bij een van de institutionele partners,
- Deelnemers kregen een belangrijke opdracht omdat zij op een duidelijke manier talent en integriteit zichtbaar maakten.
- Nieuwe producten en diensten zijn ontstaan die verkoopbaar werden zonder nog concurrentie omdat ze zo vernieuwend zijn. Ze komen op de markt met een maatschappelijk verhaal dat eigenlijk geen marketing nodig heeft
- Nieuwe professionele samenwerkingsverbanden ontstaan die weer nieuwe korte termijn co-creaties opleveren.
- De co-creatie de medewerking krijgt van de overheid en bepaalde trajecten als productontwikkeling worden gezien waar subsidies aan worden geplakt zonder dat wij er een ellenlange aanvraag voor moeten voorbereiden of bedenken.
- Investeerder raken geinteresseerd
- De stip op de horizon leidt tot allerlei tussenstapjes waar wel weer allerlei geldbelangen uit komen rollen voor de deelnemers. Een co-creatie hoeft dus geen oneindig lange termijn ding te zijn maar kan ook allerlei korte termijn acties zijn
- Deelname aan deze co-creatie je eigen verkoopverhaal versterkt als je ergens acquisitie gaat doen.
Co-creatie leidt dus onverminderd tot allerlei onvoorspelbare en voorspelbare kansen, ook materiele, mits het voortkomt uit loyaliteit, menselijkheid en betrouwbaarheid. Een wolf in schaapskleren valt van zelf door de mand. En zoals Prof. Paul de Blot ooit zei: “alles wat ik gepland heb is niets van terecht gekomen”. Zodra je bevooroordeelde verwachtingen gaat scheppen die voortkomen uit het materiele eigenbelang dan loop je de kans het hogere doel te verstoren en dan komen die onverwachte en verwachte vruchten niet voorbij. Laat het geluk je toevallen door open, onbevooroordeeld en zonder verwachtingen vooraf deel te nemen aan dit soort processen. De rest komt vanzelf. Zorg er zelf voor dat je je tijd goed verdeelt tussen co-creatie in het waarmaken van dromen, en het oogsten van wat je al in het verleden zelf gezaaid hebt. Van dat laatste leef je vandaag van het eerste leef je morgen.

Co-creatie
Co-creatie is hetzelfde proces als creatie maar dan wordt het gedaan door de samenwerking van verschillende partijen die eenzelfde droom met elkaar delen. Het is wederom niet geld maar waarde-gedreven. De waarde is menselijk en wordt bepaald door de visie en passie die de deelnemers aan het co-creatieproces bindt. Ook co-creatie is geen geldmachine maar een investering van passie, daadkracht, kennis en energie. De wederkerigheid zit ‘m in het waarmaken van de visie en daar de eer voor krijgen, allereerst door zichzelf te prijzen, nog voordat anderen het eventueel doen. Denk aan de schilder Vincent van Gogh die een ondernemende creator was maar dat alleen voor zichzelf beleefde, zonder de huidige erkenning te hebben mogen ervaren. Dat in tegenstelling tot Rembrandt van Rijn die ondernemende creator was maar dit ook in zijn eigen tijd om wist te zetten in roem en eer door af en toe zijn creatiedrang ondergeschikt te maken aan zijn materiële belangen en bijbehorende concessies te doen. Van Gogh kon dat psychisch en emotioneel niet. Creatie is sterk “zijn” gedreven vanuit allerlei motivaties, meestal ethisch, functioneel en expressief.
Stichting STIR en co-creatie
De stichting heeft co-creatie tot een kunst verheven waar zelfs de grootste instellingen aan meedoen en het onderscheid vaak zelf ook nog niet helemaal begrijpen. Zo hebben wij het co-creatieproces, dat zich sturend op het hoogste maatschappelijke niveau afspeelt binnen een concreet gebied, zelfs een aparte naam gegeven: Sustainocratie. Dit in tegenstelling tot een “economische democratie” die aangestuurd wordt vanuit het consumeren van waarden en het handelen erin vanuit tekorten.
AiREAS is een concreet voorbeeld van een sustainocratisch proces in een gebied (nu nog Eindhoven). Het gaat bij AiREAS niet om geldverdienen maar om het samen creëren van een gezonde stad. Hoe doe je zoiets? Hoe draag je eraan bij? Wie is verantwoordelijk? Dat heeft niets met economie te maken maar met menselijkheid en duurzaamheid, maar ook met permanente creatie en co-creatie, gedrag en mentaliteit, ethiek en expressie. In een samenleving verandert er steeds wat, veroorzaakt door mensen of onze natuurlijke omgeving. Dat valt niet te plannen maar wel op te reageren en anticiperen door creatief gedrag. Als men dat samen doet met een belang van allemaal dan ontstaat er iets nieuws, een permanente drang tot verandering. Dit kun je niet budgetteren, niet plannen en niet inkopen. Co-creatie is op basis van vrijwillige commitment binnen de mogelijkheden die men heeft. Men doet mee omdat men het voor zichzelf belangrijk vindt en erin gelooft. Ook de te verwachten wederkerigheid bepaalt men daarin zelf.
Binnen de context van het model van de menselijke complexiteit (Zie de tekening eerder in dit schrijven en het boek Sustainocratie, de nieuwe democratie) is creatie en co-creatie vooral een uiting en ontwikkeling van het “zijn”, de “ik ben” – identiteit. De deelnemers aan het proces ondergaan een leerproces door vanuit zingeving te handelen. Dit leerproces, dat zich ook uit in de professionaliteit van de deelnemers, is voor de betrokkenen essentieel om zich aan de waarden van een veranderende werkelijkheid te binden en de eigen identiteit eraan te koppelen. Dit doet men niet alleen wegens de mogelijke erkenning die men erdoor krijgt vanuit de omgeving maar vooral vanuit de innerlijke vreugde van het bijdragen aan iets belangrijks voor zichzelf.
Uit dit proces kunnen natuurlijk nieuwe producten, diensten en zienswijzen ontstaan maar gegarandeerd is dat niet. Wel leren we allemaal en tegelijkertijd wordt de omgeving er beter van in vele opzichten. Dat ziet men ook om ons heen omdat het co-creatieproces ons nu eenmaal zichtbaar maakt in een omgeving die geheel anders functioneert. Wij roeren in die maatschappij en daaruit ontstaat de vernieuwing.
Living Lab
AiREAS in Eindhoven heeft daarom de status van een Living Lab, met de nadruk op de co-creatieve menselijkheid van “living”. Alle betrokken partijen komen zichzelf tegen in dat proces, krijgen een innerlijke drang om zichzelf te overstijgen boven het gangbare uit en in de creatie vernieuwing te introduceren die hun eigenheid als talent en ondernemer of organisatie verder onderstreept. Het raakt de ziel van de onderneming, of het nu de overheid is, een multinational, een kleine zelfstandige of een gezinslid op de hoek van de straat. We kunnen over het algemeen stellen dat een crisis (zoals aangegeven in het complexiteiten model) altijd zal bestaan al gevolg van het uitmelken van onze cashcows en het beveiligen van de belangen door groeiende bureaucratie. Een persoon, bedrijf of maatschappij die niet compenseert met een duidelijke waardecreatie ontwikkeling zal uiteindelijk de crisis ervaren als losstaand geheel in plaats van een oplosbaar incident binnen een groter geheel. In een bos vallen ook bomen om, maar het bos blijft bestaan. In een materialistische economie zonder evenredige ruimte voor waardecreatie valt één boom om en zal het hele bos omvallen. Dat zien we nu ook gebeuren overal.
Geld verdienen
Zodra een creatie zichtbaar is geworden voor de omgeving dan ontstaat er een erkenning of een (soms tijdelijke) afwijzing. De droom voor de ondernemer, of co-creërende groep, heeft zich gemanifesteerd in de werkelijkheid en die werkelijkheid moet ermee om leren gaan. Soms snapt de omgeving het nog niet en gaat er tijd overheen voordat men de waarde van de creatie weet te waarderen in bijvoorbeeld geld, zoals nu gebeurd met de schilderijen van Vicent van Gogh. Of de President van Amerika in 1897 over de telefoon “een prachtige uitvinding maar waar dient het voor?”. Vaak is het toch ook redelijk snel wereldveranderend, zoals is gebeurd met de i-serie producten van Apple of in vroegere decennia door Microsoft of Nintendo en vele anderen nog op product niveau. Nu praten we over integraal maatschappelijke transformaties die nog een tikje ingrijpender en complex zijn dan alleen het creerende succesvolle bedrijf.
Zodra een creatie gemeengoed is geworden dan wordt het materieel uitgemolken door de volgers die zelf niet het creatie talent hebben. Ook de mensen en organisaties die wél de creatie hebben waargemaakt kunnen hun materiële slaatje slaan uit hun werk door het te vermarkten. Dat is weer een kunst apart. Deze “marktleiders” hebben vaak de erkenning en zijn dan ook in materiële zin veel succesvoller dan de volgers (tussen 4 en 9 x winstgevender volgens enkele studies).
Stad van Morgen en geld verdienen
Stichting STIR laat dit geld-verdien-proces over aan de ondernemers en co-creërende partners. Het gaat ons om het creatie en co-creatieproces zelf, de ethische voeding van vooruitgang en een gezonde economie. Onze partners blijven eigenaar van hun eigen creaties en leerproces. Stad van Morgen schept alleen de omstandigheden om in de complexiteit van de huidige maatschappij en binnen de abstracte context van duurzame menselijke vooruitgang te experimenteren en het beste van elkaar te laten zien, zonder er facturen tegenover te stellen. Wij kopen geen producten maar benutten deelnemende talenten om tot integraal duurzame vernieuwing te komen op gebied van toegepaste innovatie. Het eigenbelang haalt de deelnemer er uiteindelijk zelf wel uit. Daarom ontstaat vaak een 1+1 > 2 in dit roerproces dat uiteindelijk leidt tot blijvende partnerrelaties, nieuwe economische impulsen, ook in de geldgedreven wereld door de meerwaarde die ontstaat en waar ook commerciële belangen aan kunnen worden ontleend.
Stichting STIR (Stad van Morgen) is eigenlijk een moderne vorm van integraal duurzame publieke R&D. De partners zelf financieren de processen vanut eigen vermogen. Het vermogen van STIR is de co-creerende verbinding. Behalve dat heeft de stichting geen eigen middelen.
Coöperaties
Specifieke complexe co-creatie processen die een concreet hoger doel nastreven, zoals AiREAS, worden daarom ondergebracht in een coöperatieve vereniging waarin bindende afspraken kunnen worden ondergebracht over eigendomsrechten en verdelingen. Deze komen voort uit de co-creaties die uiteindelijk al dan niet vermarkt kunnen worden. De coöperatie zelf speelt dan een essentiële rol maar ook elk van de leden die de co-creaties mogelijk maken.

Een van de problemen waar we dan tegenaan lopen is dat de meeste organisaties in een multidisciplinaire context, zoals een Sustainocratie, alleen een co-creatieproces willen ingaan als iemand er vooraf een budget tegenover stelt. Dan komen we in de wereld van subsidies en overheidsgelden terecht waardoor er een lastige discussie plaats vindt over eigendomsrecht, opdrachtgever/klant, wederkerigheid, aansprakelijkheden, als ook de sturende belangen van de overheid zelf. Door budgettering vooraf te eisen creëert men automatisch een hiërarchische verhouding van afhankelijkheden omdat men een materiële schuld aangaat. Het is dan nog maar de vraag of men tot echt iets nieuws komt want de verstrekker van de middelen stelt ook eisen vanuit een vooroordeel en economisch of risico belang vooraf. In Nederland is men vaak te risicomijdend om met risicokapitaal te durven werken. Daarnaast is risicokapitaal vooral bedoeld om geldbelangen aan te jagen. De voeding (zie tekening) die juist crisismijdend is en door de Stichting STIR (Stad van Morgen) wordt gevoed vanuit bewustzijn is juist die van ethiek en menselijkheid, de werkelijke waarden waar het om gaat.
Daarom werken we in de Stad van Morgen in eerste instantie zonder geld met uitzondering van wat vrijblijvend sponsorgeld voor de beperkte lopende kosten. In de coöperaties zoals AiREAS (EQoL, Stad-VERS, STIR, etc) werken we dan altijd met een nulbudget als uitgangspositie zodat er een transparante discussie komt over het doel of tussendoel dat we willen bereiken en wat we daar qua diversiteit aan middelen voor nodig hebben. Dan kan iedereen de belangen op tafel leggen, de middelen toekennen en beperkingen of zienswijzen kenbaar maken. Zo wordt altijd gezorgd naar een weg vooruit ook al is die via een slingerweg. Wat er verder uit de co-creatie coöperatie komt qua waarden is vooraf nog onduidelijk. Eenmaal gemanifesteerd in de werkelijkheid komen de belangen weer aan bod in de handel van de gecreerde en erkende waarden (economie).
Gemeenschapsgeld
Aan de andere kant rijst de vraag waar gemeenschapsgeld dan voor dient? Alleen voor infrastructurele en zorgstaat aangelegenheden in een economie? Alleen voor controle en bureaucratie? Of ook voor het faciliteren van complexe, onafhankelijke co-creatie? Zeker binnen een Sustainocratie geldt primair de duurzame menselijke vooruitgang in een regio. Is het dan ook niet logisch dat de gemeenschap zelf investeert in co-creatie door inzet van eigen middelen? Zijn die eigen middelen dan, behalve de aanwezige bevolking en haar diversiteit aan professionele initiatieven, ook het belastinggeld dat men inlegt? Het zijn boeiende vragen die ook co-creatief een antwoord verlangen.
In een Sustainocratie proberen we het co-creatieproces zuiver te houden door alle partners evenredig te laten investeren en daarna de eventuele producten en diensten die eruit voortvloeien te borgen in de coöperatie en via de leden. Maar de waarden die gecreëerd worden zijn veelal anders dan geld (zoals gezondheid, stabiliteit, veiligheid, enz). Geld wordt daarna weer door de verkoopkanalen verdiend en maatschappelijk belast. Niet alleen de producten en diensten die ontstaan hebben waarden maar het holistische eindresultaat en de aanpak zelf ook.
Door de gelijkwaardigheid aan de cocreatie tafel kan een ieder zijn of haar twijfels of vragen hierover kwijt en wordt gezamenlijk gezocht naar een geruststellende oplossing. Per slot van rekening willen we ons niet beperken door angst maar sterken door onderlinge oplossingsgerichtheid en vertrouwen.
Het vinden van transparant oplossingen samen vergt een uiting van verantwoordelijkheid en commitment van de partijen door middel van een lidmaatschap. Vaak is onduidelijk of het co-creatie belang of het uiteindelijke geldbelang de boventoon voert in de relaties. Dat blijkt gaandeweg. Ook is duidelijkheid hierin vaak strijdig met de gangbare regelgeving die co-creatie (nog) niet als maatschappelijke drijfveer erkent, uitsluitend de materiële kant van de relaties, via afhankelijkheden, risico’s en en aansprakelijkheden binnen een economie.
De grootste bijkomende uitdaging ten behoeve van holistische waardecreatie, naast het intense en vruchtbare maatschappelijk duurzaam co-creëren, is voor ons het proces om ruimte te scheppen door ook een gemeenschappelijk co-creatieproces te starten in de risicomijdende regelgeving en een verzuilde maatschappij van afhankelijkheden . Dit proces is nu al zichtbaar, ook bij de leden. Het gehele model is uiteindelijk een crisismijdend maatschappijmodel dat voor de hele menselijke wereld veel goeds kan brengen. En dat is ons heel veel waard.