De menselijke wereld zit verwikkeld in een gigantisch complex probleem. Dit probleem wordt vooral complex gemaakt door de manier waarop wij onze maatschappij hebben opgebouwd. Als wij in de toekomst enig welzijn willen blijven genieten zullen wij die organizatie volledig om moeten gooien. Daar staan een aantal zaken voor in de weg. Een van de belangrijkste zijn: de belastingen.
Nu wordt door de bevolking de belastingdruk vooral als last ervaren maar deze inkomsten houden wel de dominante overheid gaande die met dat geld een zorgmaatschappij draaiende houdt. De bevolking is ook erg gewend geraakt aan de zekerheden die de overheid met het belastinggeld biedt. Maar waar komt al dat geld vandaan?
Eigenlijk is alles wat wij met geld doen in de maatschappij direct of indirect belast. Zo is er op alles BTW. Dat is sinds enige tijd de grootste bron van inkomsten van de overheid. Deze bron is rechtstreeks gerelateerd aan de hoeveelheid consumptie in onze gemeenschap. Het is dan ook helemaal niet vreemd dat de overheid zich druk maakt over de “koopkracht” van ons allemaal. Kopen levert nu eenmaal veel middelen op.
Maar om ons in gelegenheid te stellen zoveel mogelijk koopprikkels te ontwikkelen is een goede infrastructuur nog voor de bevoorrading van de vele winkels die wij aan kunnen doen. Dat kost natuurlijk geld maar levert ook werkgelegenheid. Werkgelegenheid is ook belastbaar natuurlijk. Zo kennen wij de inkomstenbelasting en inhoudingen voor verschillende verzekeringen (pensioen, zorg). Ook hier is het logisch dat de overheid het belangrijk vindt dat mensen werken, betaald werken dus, want vrijwilligerswerk is misschien nuttig maar draagt niet meteen bij aan de staatskas en potjes voor sociale zekerheden. Dit is ook een hele grote inkomstenbron voor de overheid. Consumeren, verkopen en infrastructuur zijn dus belangrijk.
Dan is er ook nog de manier waarop wij werken, distribueren en inkopen. Auto’s, brandstof, parkeren, gebruik van de wegen, zijn allemaal belastbaar met accijns en directe belastingen. Alle bedrijven die daaraan meewerken dragen ook nog eens belasting af over de winst die men maakt.
Zo zien we dat de manier waarop onze maatschappij is opgebouwd ook structureel belast wordt. We zijn dus erg afhankelijk geworden van geld in de cultuur die is gecreerd in een consumptiegedreven organisatie. Het geldsysteem heeft veel voordelen opgeleverd. Zo leven we veel langer, voelen ons zekerder door alle potjes die ons omringen, hebben veel medische kennis opgebouwd, er is al lang geen oorlog meer, enz. Langer leven kost echter ook geld net als die gezondheidzorg en welzijn van ouderen.
Nu blijkt die organisatie ook te hebben geleid tot nogal wat problemen op gebied van vervuiling, klimaatveranderingen, volksmentaliteit en gezondheid. De druk om de omgeving op te schonen en aan nieuwe normen te gaan voldoen wordt groter. Boetes worden aangekondigd als men niet voldoet. De investeringen om er iets aan te doen zijn gigantisch en ondertussen blijkt ook dat ondanks alles de effecten niet echt optimaal zijn. Nederland speelt een hoofdrol in de wereld van distributie in Europa. Een belangrijk deel van de economie ontwikkelt zich om deze taak maar de consequenties zorgen ook voor veel problemen.
De som van alle maatschappelijke kosten groeit en daarbij de behoefte van de overheid om belastingen te innen om die kosten te dekken.
Ondertussen zijn er steeds meer signalen dat de maatschappelijke basis van een consumptiegedreven economie niet meer houdbaar zijn. De vele crisissen die we ervaren zijn te herleiden naar de misstanden en kraken die zijn ontstaan in het systeem. Met veel moeite probeert de overheid die barsten op te lossen met maatregelen en extra kapitaalinjecties. Toch zien we dat die maatregelen niet leiden tot rust maar meer lijken op uitstel van executie.
Transformatie
Als deze maatschappij dan op springen staat hoe lossen we dit op? Om te beginnen kunnen we de maatschappij niet veranderen door hetzelfde te blijven doen als voorheen. Het moet dus enorm anders. De consumptiestructuur moet doorbroken worden. Dat kann alleen maar door de bevolking zover te krijgen anders met zichzelf om te gaan. Maar dat kan niet zomaar. Als de centrale overheid en het bedrijfsleven iedereen blijven bestoken met koopprikkels uit economisch belang dan zal de intrinsieke motivatie ver te zoeken zijn. Belasting en winst blijven fundamentele drijfveren.
Als het gebied een nieuw hoger doel gaat hanteren, bijvoorbeeld van een consumptie naar een circulaire maatschappij waarin goederen niet van eigendom veranderen maar gebruikt en hergebruikt worden, dan verandert ook de onderliggende structuur van de gehele gemeenschap. Die transformatie kost ook veel geld en wordt niet opgebracht door de economie. Want deze wordt door het lokale circuit juist teruggebracht tot een essentie wegens de inzet van de lokale bevolking. Gebruiken is nu eenmaal anders dan hebben. De logica van de transformatie is erg groot maar omdat de nieuwe maatschappijvorm niet belastbaar is volgens de oude normen zet de centrale overheid de hakken in het zand. De gemeenschap wil zelfvoorzienend worden maar dat dient het landsbelang van geldgedreven belastingcultuur niet. Zelfvoorziening dekt misschien de lading van consumptie maar niet die van de zorglasten noch de herstructurering van de infrastructuur.
Deze paradox van noodzakelijke vernieuwing en de eigen overheid die GEEN verantwoordelijkheid neemt door tegenstrijdige belangen is vaak reden geweest voor burger opstand en zelf oorlog.
Zelfs als de overheid verantwoordelijkheid zou nemen dan is er nog het belang van de distributiebedrijven van consumptiegoederen die zouden claimen dan hun positie zou verzwakken en werkgelegenheid zou gaan kosten.
Waar een centrale overheid in een democratie in het zadel is geholpen door stemmen om stabiliteit te bevorderen en te bereiken kann de overheid eigen alleen maar nuttig zijn door zelf chaos te creeren waaruit vernieuwing kann ontstaan. Maar dat laat de bureaucratie niet toe. Kortom, de belastingen zijn een probleem en staan de vernieuwing in de weg. Ze veroorzaken dus ook de opbouwende druk in de maatschappij die uiteindelijk kan leiden tot een grote oproer. Ondanks de oproer, die vooral vraagt om terugkeer van zekerheden, zal uiteindelijk de overheid het beste eraan doen om de oproer te gebruiken om ruimte te scheppen voor echte verandering. Loslaten dus van verantwoordelijkheden en de belastingen waardoor er ruimte ontstaat voor vernieuwing vanuit de bevolking zelf. Door niet als overheid maar als bevolking verantwoordelijkheid te nemen verandert de context ook van geldafhankelijkheid naar persoonlijke inzet.
Consequentie is echter dat de politieke zuilen een einde bereiken omdat men niet meer voldoet aan de overheid opdracht. De belasting zijn dus het probleem. Een zelfbewuste overheid doekt zichzelf dus op door chaos te aanvaarden, belasting te verlagen en samen met de bevolking de vernieuwing aan te gaan. Sustainocratie biedt die mogelijkheid. Welke overheid durft het aan om los te laten en dit proces op deze manier aan te pakken?