Wetenschappelijk onderzoek
In de jaren 80 en 90 deden wiskundigen onderzoek naar harmonieuze verhoudingen zoals die door de mooie tonen van muziek worden weergegeven. Waarom vinden wij bepaalde tonen mooi en andere niet? Het blijkt dat al enige honderden jaren geleden mensen zoals Pythagoras en Galilei zich dit ook hadden afgevraagd. Zij zijn zich destijds al gaan verdiepen in de frequenties van de muziek en kwamen tot verrassende inzichten over wiskundige relaties tussen de tonen. Een mooie discussie vond plaats in 1996 die u hier kunt nalezen zoals verslag gedaan (in het Engels) door Ray Tomes.
Nog verrassender was dat dezelfde wiskundige relaties van muzieknoten terug te vinden zijn in economische (Kondratiev) en astronomische cyclussen. Oorlogen, rampen en andere zaken vonden plaats volgens punten binnen deze cycli die allemaal direct verband hielden met muzikale toonladders. Dat is natuurlijk wonderbaarlijk.
Onderzoekers zijn gaan kijken naar verschijnselen die volgens een bepaald ritme te verklaren zijn aan de hand van deze gegevens. Tot hun grote verrassing konden zaken zoals de onzichtbare positie van een nog onbekende ster of een wereldveranderende gebeurtenis herleid of zelfs voorspeld worden aan de hand van muzikale berekeningen. Het blijkt dat de hele samenhang van het universum, maar ook de manier waarop onze kleinste deeltjes zich verhouden met elkaar, overeenkomt met die “mooie” muzikale frequenties.
Harmonieuze relaties
Het is dus eigenlijk helemaal niet vreemd dat wij mensen bepaalde tonen als mooi ervaren en andere weer niet. Die tonen bepalen namelijk de natuurlijk harmonie in de relaties tussen elementen. Dit blijkt waarneembaar in de natuur en de cosmos. Als elementen zich aantrekken en afstoten volgens een muzikaal patroon dan heeft dat natuurlijk ook een evenredig effect op het gemoed van de mens. Het is algemeen bekend dat interactie met planten op basis van bepaalde geluid of lichtfrequenties een positie effect heeft op de ontwikkeling en groei ervan. Maar ook wij voelen ons vrolijk of geemotioneerd op basis van muziek. Iemand heeft zelfs een verband gelegd tussen muziek en de 7 chakras.
De uiterst bepalende trillingsfrequenties vormen dus de meetbare basis van het al dan niet ontstaan van harmonieuze relaties tussen verschillende elementen. Dan kan er ook een relatie gelegd worden met het ontstaan en de ontwikkeling van grotere of complexere elementen. Daarin zit een graad van “bewustzijn”. Een frequentie is namelijk een natuurlijk trillingsniveau dat zich uitsluitend verbindt met een bepaald ander trillingsniveau. Zo ontstaan er combinaties van elementen die meer of mindere stabiliteit vertonen door de verbindende frequenties. Dat kan op de kleinste schaal plaatsvinden en zich uitvergroten naar mate elementen groeien en van karakteristieken veranderen (een soort trilingen DNA). Zo zal water een ander “trillingen DNA” hebben dan zeezout of CO2, om maar wat te noemen.
Water is echter zo stabiel in haar harmonieuze verbindingen dat het misschien wel aan de basis heeft gestaan van het ontstaan van leven op Aarde.
Ontstaan van leven
Volgens bovenstaande uitleg van zich verbindende elementen op basis van trillingsfrequenties kun je stellen dat dit een mogelijke basis van bewustzijn vertegenwoordigt. Water (H2O) is bijvoorbeeld geen CO2. Toch zijn die moleculen van water op een stabiele en unieke manier met elkaar verbonden geraakt en gebleven. Water “weet” dus dat het water is anders zou het niet stabiel blijven en uit elkaar vallen. Dit “bewustzijn” wordt ingegeven door de unieke combinaties van muzikale tonen van de combinerende elementen. Muzikaal omdat het “mooi” genoeg is om de verbintenis van elementen te veroorzaken met stabiliteit en harmonie. Datzelfde geldt voor het bewustzijn van CO2 en al die andere elementen die gaandeweg zijn ontstaan in de permanente draaikolk van het universum.
Omdat alles trilt op een bepaalde frequentie, of het nu elementair is of complex, is er een verbintenis mogelijk op andere niveaus. De stabiliteit van die verbintenis wordt bepaald door de stabiliteit of onstabiliteit van de te verbinden elementen op basis van de relatie tussen hun toonhoogten. Bij het ontstaan van de Aarde en de daarop volgende miljoenen jaren werden de elementen veel en hardhandig door elkaar gehusseld door de vurige en ontstuimige situatie van de jonge planeet. Daarom kregen de elementen allerlei kansen om zich onderling te vinden en verbinden. Vuur en hitte accenteert nu eenmaal de trillingen waardoor verbintenissen eerder ontstaan dan in een afgekoelde omgeving. Een natuurlijk selectie vond plaats tussen stabiele en onstabiele vormen onder druk van hitte, bewegingen, inslagen van buitenaf, enz.
Gaandeweg begonnen elementen te ontstaan die een sterke eigen aantrekkingskracht hadden op concrete andere elementen waar zij een band mee hadden, voor groei bijvoorbeeld, net zoiets als een magneet. Zo zien we dat water zich samenvoegt met water als het door de zwartekracht naar beneden stroomt en uiteindelijk zich samen vormt in een rivier of zee. Door de grote varieteit aan frequentieniveaus ontstond er een natuurlijke aantrekkingskracht tussen complexe elementen die zich zo voort gingen bewegen op basis van de elementaire bewustwording vanuit zich aantrekkende en afstondende frequenties. Water had daarbij een essentiele rol omdat het een neutrale vorm had, bewegelijk was door zwartekracht en tevens drager kon zijn van andere elementen die erin konden drijven of oplossen.
Het leven is zo ontstaan als complexe samenhang tussen melodieuze geluidsfrequenties. Er zit dus echt muziek in leven.
Er was eerst geen doel van het leven behalve het reageren op onderlinge trillingen, zoals wij ook doen als wij in aanraking komen met bijvoorbeeld andere mensen. Sommige elementen ontwikkelden een soort zelfbewust doel om te groeien door zich op de frequenties te richten. Zo was er de aantrekkingskracht op andere elementen om natuurlijk te groeien totdat er een bepaalde groeilimiet was bereikt. Dan was de groei verder onhoudbaar maar ging wel door wegens de nooit stoppende muziekale aantrekkingskracht. Het te grote element ging over tot tweedeling. Hierdoor ontstonden nieuwe groeimogelijkheden in de juiste omgeving.
De bewegelijkheid van het prille leven bracht dit in experimenteel contact met allerlei andere elementen die het tot zich nam als voedsel of ermee een verbintenis aanging om per ongeluk tot nieuwe levensvorm te komen. Zo begon de evolutie van het leven op basis van muziek, verbinding, voedselinname, groei en deling. De complexiteit groeide evenredig naar mate de elementen en levende soorten dienden aan te passen aan nieuwe omstandigheden of zich per ongeluk gingen verbinden bij spontaan contact.
Een natuurlijk sellectie ontstond op basis van harmonieuze relaties die steeds weer uitgedaagd werden om de harmonie in stand te houden door zich aan te passen. De een deed dat beter dan de ander en zo groeiden de soorten in een rijke diversiteit van planten en dieren.
De basis bleef natuurlijk het eigenbelang waarbij concrete soorten een vorm van zelfbewustzijn ontwikkelden dat hen in staat stelde beter te concurreren. Men moest ten slotte overleven in een wereld waarin de sterkste, de snelste of de slimste verder kon bestaan en anderen uitstierven. Ondanks het harmonieuze samenspel van de elementen om tot complexe, levende wezens te komen van samenhangende elementen, ontstond een wrede strijd om te overleven. In die complexiteit ontstond uiteindelijk ook de mens.
De mens
De mens is een zelfbewust wezen dat lichamelijk en rationeel een soort evolutionaire perfectie heeft bereikt waardoor het een streepje voor heeft op haar natuurlijke concurrentie. Het zelfbewustzijn ontwikkelde zich sterker en sterker doordat de mens ook leerde omgaan met instrumenten. Ook leerde ze haar muzikale oorsprong omzetten in taal en communicatietechnieken die verder gaan dan de natuurlijk symfonie van trillingen van elke levensvorm. Zelfbewustzijn is echter nog steeds gebaseerd op de Darwinistische concurrentiestrijd met de omgeving om te kunnen overleven, paren en vermenigvuldigen. Agressie, hebzucht en eigenbelang zijn daarom zeer natuurlijke eigenschappen om zichzelf in stand te leren houden. Binnen in de eigenschappen van de mens zitten namelijk ook nog steeds de oeroude eigenschappen van het ontstaan van de Aarde, de mineralen, het water, de eerste eencelligen, de hele evolutie die aan ons is voorafgegaan, enz.
De innerlijke drang naar groei en procreatie heeft enorme effecten op het zelfbewustzijn van de mens. Wij vertonen territoriumgedrag, verdedigen ons eigenbelang met hand en tand en proberen te zorgen voor overvloed aan eten en drinken voor onszelf. We ontwikkelen ons als gemeenschapsdier met afgestemde onderlinge verhoudingen. In deze verschillen wij echt niet veel van andere diersoorten ware het niet dat onze complexiteit ons heeft gevrijwaard van natuurlijke concurrentie (op Aarde in ieder geval). De enige concurrentie die we nog hebben is de mens zelf die wij afrekenen op territorium en afkomst. Zij evenaart ons in bewustzijn en drang naar eigenbelang hetgeen historisch gezien de nodige confrontaties heeft opgeleverd. De ene mens zag de ander niet als soortgenoot met een aantrekkingskracht op trillingsniveau maar als concurrent met een “andere muzikaliteit”. Dat was al te herkennen in de diversiteit van taalontwikkelingen maar ook de vele culturele uitingen.
Weer die harmonische relaties
De mens oefent ook een aantrekking en afstotende kracht uit op elkaar. Wij zijn complexe materiele en immateriele systemen geworden op basis van muzikale noten. Die “muzikaliteit” stemmen wij op elkaar af vanuit de intensiteit van onze cellen. Zo ontstaan er gezinnen, maatschappijen, organisatievormen maar ook oorlogen, schermutselingen, ruzies enz. Dat dit alles in de grote lijnen te voorspellen blijkt volgens wiskundige patronen die het universum ook beheersen maakt het allemaal erg boeiend. Dat onze spiritualiteit gebaseerd is op mooie muziek is al een gewaarwording op zich. Het universum blijkt een groot muziekinstrument.
De gezondheid en psyche van de mens, maar ook van organisatievormen, kan in verband worden gebracht met muzikale frequenties. Daarop zijn bewust en onbewust allerlei medische en paramedische inzichten op gebaseerd. Ook ons voedsel is vooral bruikbaar als het energetisch is afgestemd op ons trillingenpatroon.
De moderne tijd van industrialisering, consumptie economien, de ontwikkeling van geld, en de trektocht naar steden heeft de mens afgezonderd van de natuurlijke omgeving en onderlinge samenwerking. We leven een steeds groter individueel bestaan, statisch opgesloten in een mensenwereld waar het contact met de dynamische wereld van de mens onderling en het universum grotendeels is buitengesloten. Dat dit een negatief effect heeft op de mens zelf blijkt uit dagelijkse statistieken over volksgezondheid, stress en psychische ongemakken. De essentie van vooruitgang in het creeren van nieuwe verbindingen zit ‘m juist in de dynamiek van het in aanraking komen met nieuwe bronnen van energie om te kunnen verbinden. Onze natuurlijke relatie met de omgeving is dan essentieel. Wij zijn gaandeweg de natuurlijk harmonie kwijt geraakt door onwetendheid en dat heeft consequenties voor de kwaliteit van ons leven en onze evolutie.
Er is een nieuw tijdperk in ontwikkeling waarin de mens die juist wél begrijpt. Dit wordt ook het tijdperk van de 5e dimensie van bewustwording genoemd. Het is een tijdperk waarin harmonieuze relaties met de medemens en onze natuurlijke omgeving wordt teruggevonden en verder ontwikkeld. We zijn dus uit muziek onstaan en brengen straks weer muziek terug in ons leven en duurzame vooruitgang.
********************
Dit artikel is gebaseerd op de inzichten van onderzoekers, de ervaringen binnen de Stad van Morgen over het ontstaan van verbindende relaties tussen mensen in onze sustainocratische processen en onze wens om bovenstaande verder te onderzoeken door in de maatschappij te blijven roeren en nieuwe verbintenissen aan te moedigen. In het Engels blog ik ook en uitgebreider soms over deze themas. Indien u belangstelling heeft danzijn hier een paar links: